‘de Schuldenrechter’ wil toegang tot schuldhulpverlening verbeteren

Geplaatst op december 11, 2021

“In deze mediacratie moeten we de maatschappelijke relevantie van de rechtspraak bewijzen. We kunnen niet onzichtbaar zijn, maar moeten tijdig reageren en naar buiten treden.”

Bij de Rechtbank Den Haag loopt sinds januari 2020 een pilot om mensen met problematische schulden beter en sneller te helpen. Herman van Harten is voorzitter van het team Insolventies, rechter en projectleider van ‘de Schuldenrechter’, zoals de pilot heet. “Voor de goede orde, een schuldenrechter is niet iets of iemand, maar eerder een kader van verschillende maatregelen om mensen met probleemschulden vooruit te helpen”.

Deze proef past in de bredere tendens om te kijken naar een maatschappelijk effectieve rechtspraak. Herman van Harten: “Als eigentijdse rechtspraak staan we midden in de maatschappij en doen we mee door te reageren op maatschappelijke problemen. Het is niet meer voldoende om ons uitsluitend op de juridische beslissing te richten. Als er maatschappelijke problemen zijn, zoals in het geval van probleemschulden, wat kunnen we dan bijdragen aan de oplossing?
Voor die vraag staan we en die proberen we met nieuwe maatregelen of een aangepaste werkwijze te beantwoorden. Als je te maken hebt met probleemschulden, dan is de kans groot dat je ooit te maken krijgt met een procedure bij de rechter. Wanneer je dan bij de rechtbank komt, willen we in voorkomend geval de weg wijzen naar de schuldhulpverlening. Een van de belangrijkste maatregelen is daarom het inzetten van schuldenfunctionarissen.”

Schuldenfunctionaris

Bea van der Ven, junior juridisch medewerker, is voor de Haagse pilot één van de schuldenfunctionarissen. In haar dagelijkse werk houdt zij namens de rechter-commissaris toezicht in lopende schuldsaneringsregelingen voor natuurlijke personen die door de rechtbank zijn uitgesproken. In haar functie als schuldenfunctionaris zit zij bij de rolzittingen van de kantonrechter, de huis-tuin-en-keuken zaken van de rechtbank, om direct met mensen die daar behoefte aan hebben in gesprek te kunnen gaan over schuldenproblematiek. Waar nodig verwijst ze door naar schuldhulpverlening.

Behoefte aan een gesprek
Het betreft zaken met vorderingen tot maximaal 25.000 euro, bijvoorbeeld onbetaalde energierekeningen, zorgverzekeringskosten of huurachterstanden. “De rechter vraagt dan door op de situatie waarin de schulden zijn ontstaan. Als hij constateert dat er meer aan de hand is dan het niet betalen van een rekening of de huur, informeert hij of er behoefte is aan een gesprek met de schuldenfunctionaris. Deze schuldenfunctionaris gaat het gesprek met de persoon aan. De mensen vinden het fijn om hun verhaal kwijt te kunnen. Als zij uit een zitting komen, zitten de emoties soms best hoog. De boosheid en frustratie zakken als ik op een rustige plek dat gesprek met ze voer. Tijdens de rolzitting worden er meerdere zaken besproken, er zitten meer mensen bij behalve jijzelf. Daar zijn mensen vaak zenuwachtig voor.”

Doorverwijzing naar gemeente

Wanneer het ene financiële gat met het andere wordt gedicht, zien mensen soms geen uitweg meer. Dat kan zover oplopen, dat het huis ontruimd wordt. Of er is sprake van multiproblematiek, werkloosheid, echtscheiding, gezondheidsklachten, waardoor mensen niet in staat zijn om financieel het hoofd boven water te houden. Bea van der Ven: “Dan verwijzen we mensen door naar de gemeente waar ze versneld worden geholpen. Binnen twee weken na onze doorverwijzing neemt de gemeente contact op. Als er naast de schulden nog meer speelt, dan kan de gemeente over de diverse loketten heen de juiste hulp in gang zetten. Soms weten mensen niet eens dat ze bij de gemeente kunnen aankloppen.”

Schulden maken kwetsbaar

Waarom er zo lang wordt gewacht met het inschakelen van hulp wijdt Herman van Harten aan het fenomeen dat we niet zo gewend zijn om over schulden te praten. “Onze cultuur is er niet naar dat we schuldproblemen makkelijk bespreken met familie of de buren. We worden niet opgeleid in onze financiële huishouding. Er leeft schaamte, wat er weer voor zorgt dat je wegduikt voor post van schuldeisers. Schulden maken je ook kwetsbaar. Bij de rechtbank maken we mee dat mensen in een juridisch moeras verzeild raken, te maken hebben met meerdere procedures en vorderingen die niet betaald zijn of kunnen worden. Tegelijkertijd leven we in een maatschappelijke context waarin je mee wilt blijven doen, mensen zich soms de nieuwste mobiele telefoon permitteren. Via webshops kun je van alles bestellen. Dat lukt prima als je je leven op orde hebt. Maar raak je van dat pad af, de relatie loopt stuk en, tot enkele jaren terug, het huis moet worden verkocht met een restschuld, dan kunnen de rekeningen zich zo maar opstapelen. We merken het ontstaan van stille armoede aan de zzp-ers die door de coronacrisis geen opdrachten meer binnenhaalden. Dat heeft niets te maken met opleiding of achtergrond. Schuldenproblematiek komt voor in alle lagen van de bevolking.”

“Gezag is geen vanzelfsprekendheid meer. Maar de woorden van een rechter kunnen impact hebben zodat de schuldenaar er werk van maakt”

SchuldHulpMaatje

Onderzoek heeft aangetoond dat geldzorgen tot gezondheidsklachten leiden, die weer zorgkosten met zich meebrengen. Herman van Harten: “Een maatschappelijk initiatief als SchuldHulpMaatje is vanuit die wetenschap al enorm goed. Want je horizon zakt als je in de schulden zit. Jouw kansen worden minder, het initiatief om plannen te maken neemt af. Dan is het onder begeleiding toewerken naar een schuldenvrije toekomst het allermooist.”

Minnelijk traject of WSNP

Een minnelijk traject, waarbij de zaak wordt overgedragen naar de gemeente en gezamenlijk met schuldeisers een oplossing wordt gevonden, heeft in veel gevallen de voorkeur. Herman van Harten: “Met de schuldeisers wordt dan naar een structurele oplossing gezocht. Zij zullen bereid moeten zijn om mee te werken. Aan het eind van zo’n traject ben je bevrijd van je schulden. Hier komt geen rechter aan te pas. Dus die zaken zien we niet meer. Werken niet alle schuldeisers mee, dan kan er bij de rechtbank een verzoek tot een dwangakkoord worden gedaan. De rechter beoordeelt of dat passend is. Of er kan een beroep worden gedaan op de Wettelijke Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP). Dit model is gestoeld op een strak regime. Als je wordt toegelaten span je je 3 jaar in om je schulden te betalen, onder toezicht van een bewindvoerder. Als dit traject succesvol is, begin je met een schone lei. De schulden zijn dan niet meer afdwingbaar.”

Schuldenvrije toekomst
Binnen het wettelijke traject is de WSNP het voornaamste instrument om een schuldenvrije toekomst binnen bereik te krijgen. “Deze wet is wel gestoeld op de zelfredzame mens. Je moet je financiën al behoorlijk op orde hebben, 40 uur per week werken en geld afdragen aan de gezamenlijke schuldeisers. De rechtbank stelt een bewindvoerder aan die erop toeziet dat je je afspraken nakomt. Er gelden algemene inspanningsverplichtingen. Als je geen of onvoldoende werk hebt, is er een sollicitatieverplichting. Er geldt een informatieplicht, onder meer over al het geld dat je ontvangt. Sommigen komen die periode van de schuldsaneringsregeling vlekkeloos door, anderen hebben er duidelijk ondersteuning bij nodig. Het lukt niet iedereen om een goede administratie bij te houden of vier keer per maand een sollicitatiebrief te schrijven. Voor deze mensen is ondersteuning met budgetbeheer of door een maatschappelijk werker rond andere problematiek van grote waarde.”

Schuldsaneringstraject

In Den Haag lopen rond de 750 personen in de WSNP. Binnen de wetgeving wordt de toegang tot de schuldhulpverlening momenteel onderzocht en verbreed, zodat meer mensen geholpen kunnen worden. Herman van Harten: “De aandacht hiervoor heeft een permanent karakter. Landelijk zijn er zo’n 600.000 huishoudens met probleemschulden. Een klein percentage komt maar in een minnelijk of wettelijk schuldsaneringstraject. Een aanzienlijk deel zit in een situatie, waarin niet gewerkt wordt aan een schuldenvrije toekomst. Dat is een intrigerende situatie, omdat bijvoorbeeld bij een schuldenbewind de schulden niet zomaar ongedaan worden gemaakt. De schuldensituatie continueert. Pas nadat mensen een schuldsaneringstraject hebben doorlopen, gaan ze een schuldenvrije toekomst tegemoet.”

Vroegsignalering

Het inzetten van de schuldenfunctionaris is een vorm van vroegsignalering. “Er verandert niets aan de uitspraak, het vonnis blijft, maar er wordt contact gelegd met een afdeling schuldhulpverlening van de gemeente. Ter zitting komen wel argumenten naar voren; dat men de voorkeur geeft aan het betalen van de huur of gas en licht en dan de zorgpremie maar even opzij schuiven. Als je niet oppast beland je in een wanbetalersregeling. Kijken we door een juridische bril dan moet iemand de rekening betalen voor de elektriciteit die hij heeft afgenomen. De kantonrechter zal de vordering in de regel toewijzen en aandringen om tot een betalingsregeling te komen. Een betalingsregeling afdwingen kan nog niet. Na het vonnis zal iemand zelf met de deurwaarder een betalingsregeling moeten afspreken. Als die envelop ook weer ongeopend op de stapel komt, is dat onbevredigend. De maatschappelijke kosten van mensen met probleemschulden zijn niet gering. We weten dat als mensen verder in de penarie belanden, dit extra zaken geeft. Er treedt een keteneffect op met meer zorgkosten, mensen belanden in de bijstand. Als we mensen eerder kunnen helpen is dat beter voor de samenleving.”