Dat SchuldHulpMaatje Den Haag (SHM) een nieuwe directeur heeft in de persoon van Kirsten Hawlitschek (60) zal wat haar betreft niet onopgemerkt blijven. “Ik wil me regelmatig laten zien en voor iedereen toegankelijk zijn. Als het even kan schuif ik graag aan waar wordt gewerkt of samengekomen, bij inloopspreekuren, teambijeenkomsten en in één-op-één gesprekken. Mijn eerste periode als directeur zal vooral in het teken staan van peilen waar behoefte aan is bij de medewerkers en in de organisatie.”

“Dit is wat ik wil,” dacht Kirsten direct toen ze de vacante directiebaan langs zag komen. In voorgaande banen had ze al steeds bewuster gekozen voor maatschappelijk relevant werk. “Maar op deze post kunt je echt wat doen voor mensen die het minder hebben.”

Langjarige interesse

Haar belangstelling voor de schuldhulpverlening werd al in 2018 gewekt door de documentaire Schuldig over mensen die in de knel raken door de schuldenindustrie. Sindsdien is ze gaan uitkijken naar een baan in de sector. “Maar pas dit voorjaar, toen SchuldHulpMaatje Den Haag een nieuwe directeur zocht, viel alles op z’n plek. Niet alleen qua motivatie, maar ook qua ervaring met vrijwilligers in mijn vorige baan als regiomanager bij Slachtofferhulp Nederland.

Hoe kijkt Kirsten aan tegen de organisatie waar zij sinds 1 juli aan het roer staat? 
”Er is een duidelijke structuur en professionaliteit. De financiën zijn tot eind volgend jaar veiliggesteld. We hebben een goed bestuur en enorm toegewijde medewerkers en vrijwilligers.”

Uitdagingen

“Maar er zijn ook uitdagingen. De staf op kantoor is klein en daarmee is de organisatie kwetsbaar. De vrijwilligers kunnen we niet genoeg waarderen; het is enorm belangrijk om ze blijvend te motiveren en te ondersteunen in het onmisbare werk dat ze doen. Voor de vrijwilligers zijn de contacten met hulpvragers het belangrijkste onderdeel van hun werk, maar ook het zorgvuldig registreren hoort erbij- voor de continuïteit van de hulpverlening, en ook om aan onze geldgevers te kunnen rapporteren over wat we met hun geld doen. Op de wat langere termijn is de uitdaging de financiën van de stichting veilig te blijven stellen.”

Dubbele opgave

De allergrootste uitdaging blijft de aanpak van de nog steeds groeiende schuldenproblematiek in onze regio. Er zijn nu 40.000 mensen met problematische schulden in Den Haag. De ambitie is om landelijk tegen 2030 een halvering ten opzichte van 2015 te bereiken.

Kirsten: “Dit zal ook voor ons een enorme inspanning vragen. Nog steeds bereiken we te weinig mensen die in de schulden zitten, terwijl we aan de andere kant met onze capaciteit om mensen te helpen aan een plafond zitten. We hebben dus een dubbele opgave: meer mensen over de streep trekken naar onze hulpverlening en meer vrijwilligers aantrekken om die hulp te kunnen verlenen.”

Hoeveel leefgeld in de schuldhulpverlening – Nieuwe richtlijn van het Nibud

Mensen die een schuldhulpverleningstraject volgen, krijgen van hun financiële hulpverlener leefgeld om noodzakelijke uitgaven mee te doen. Ook mensen die zelf betalingsregelingen afspreken met hun schuldeisers hebben leefgeld nodig. Maar hoeveel moet dit leefgeld zijn? En wat moet je ervan kunnen kopen?

Wat is leefgeld?

Leefgeld is het (wekelijkse) bedrag waarvan mensen in een schuldhulpverleningstraject hun noodzakelijke uitgaven, zoals dagelijkse boodschappen, kunnen doen. De hoogte van het leefgeld wordt bepaald door de financiële hulpverlener, die daarbij rekening houdt met de financiële situatie van het huishouden. De richtlijn van het Nibud en de NVVK biedt houvast bij het bepalen van dit bedrag.

Er is geen wettelijk minimumbedrag voor leefgeld. Wel moet bij het bepalen van de hoogte rekening worden gehouden met de persoonlijke financiële situatie van de hulpvrager.

Let op: soms worden bedragen van € 50 voor een alleenstaande en € 75 voor een stel genoemd. Deze bedragen zijn verouderd en passen niet meer bij de huidige kosten van levensonderhoud.

Nibud-advies

Het Nibud geeft niet alleen advies over bijvoorbeeld zakgeld voor kinderen, maar heeft nu ook een richtlijn opgesteld voor het vaststellen van leefgeld. Bij deze richtlijn is rekening gehouden met het inkomen en de uitgaven van voorbeeldhuishoudens.

De bedragen in onderstaande tabel (zie originele bron) zijn een schatting van de minimaal noodzakelijke kosten van levensonderhoud voor een huishouden dat leefgeld ontvangt.

Een alleenstaande heeft volgens deze richtlijn minimaal € 89 per week nodig om van te leven. Een stel zonder kinderen minimaal € 158.

Wat is minimaal noodzakelijk voor levensonderhoud?

De bedragen in de richtlijn zijn gebaseerd op voorbeeldgezinnen. Zo gaat men uit van een stel met twee kinderen van 8 en 13 jaar oud. Bij een stel met drie kinderen zijn die kinderen respectievelijk 11, 13 en 15 jaar oud.

Let op: de tabel in de richtlijn bevat bedragen voor acht voorbeeldhuishoudens. Het precieze leefgeldbedrag dat een huishouden nodig heeft, hangt ook af van de individuele situatie — zoals het aantal en de leeftijd van de kinderen.

Bron: Nibud, 13 mei 2025

Maatjes, let op Klarnaschulden!

Veel van onze hulpvragers hebben schulden bij Klarna of andere aanbieders van “kopen zonder direct betalen”, ook bekend als “Buy now. Pay later”.

Wat Klarna doet mag niet. Ze mogen wel aanbieden om te kopen zonder direct te betalen, maar als de koper niet betaalt, mogen ze daar geen incassokosten voor in rekening brengen.

Consumentenkrediet

De rechtbank Midden-Nederland heeft vastgesteld dat achteraf betalen via Klarna neerkomt op een consumentenkrediet. Klarna brengt dan wel bij aanvang geen kosten in rekening, maar over te late betaling worden rente en incassokosten in rekening gebracht.

Als deze kosten deel uitmaken van het verdienmodel, is er sprake van een consumentenkrediet. Dat is volgens de rechtbank het geval, en hiervoor had Klarna moeten waarschuwen met de bekende waarschuwing: “Geld lenen kost geld”. Ook had Klarna de kredietwaardigheid van de klant moeten beoordelen.

Aangezien Klarna niet heeft gewaarschuwd en niet vooraf de kredietwaardigheid heeft beoordeeld, zijn rente en incassokosten ten onrechte in rekening gebracht. Wanneer deze kosten al betaald zijn, kunnen ze als onverschuldigd worden teruggevorderd.

Wat kun je doen?

Met een beroep op de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland — waarin is vastgesteld dat Klarna niet voldaan heeft aan de vereisten voor consumentenkrediet — kun je het volgende doen:

• Rente en incassokosten zijn nog niet betaald:
  Je kunt bezwaar maken tegen deze kosten en dit deel van de vordering niet betalen. Het oorspronkelijke bedrag, de hoofdsom, moet wél betaald worden.
• Rente en incassokosten zijn al betaald:
  Aangezien deze kosten ten onrechte in rekening zijn gebracht, kun je deze op grond van onverschuldigde betaling terugvorderen.

Let op: andere rechtbanken en gerechtshoven kunnen in de toekomst anders oordelen.

Dit is een samenvatting van het artikel “Incassokosten maken deel uit van verdienmodel Klarna” uit “Schuldinfo, scholing en advies”.

Oproep aan SchuldHulpMaatjes. Denk wat eerder en vaker aan de mogelijkheden die de Sociale Fondsen Den Haag (SFDH) bieden voor mensen in financiële nood. Het aantal aanvragen van SchuldHulpMaatjes voor ondersteuning van hun hulpvragers blijft achter bij wat je zou verwachten.

SFDH-directeur Scarlett Zwartkruis: “In 2024 hebben 189 verschillende organisaties één of meer aanvragen bij ons ingediend. SchuldHulpMaatje staat op plek 43, met in totaal 9 aanvragen vorig jaar. Bij elkaar is er een bedrag van rond € 25.000 toegekend aan jullie hulpvragers. Naar mijn idee mag SchuldHulpMaatje meer vertegenwoordigd worden met aanvragen in 2025. Ik wijs daarbij nog maar eens uitdrukkelijk naar onze verkorte en vereenvoudigde procedure voor aanvragen tot € 500.”

In 2024 heeft SFDH in totaal 2027 aanvragen binnengekregen, ongeveer hetzelfde aantal als in 2023. “We zitten elk jaar rond de tweeduizend aanvragen en vergeven ook elk jaar ongeveer hetzelfde bedrag. Alleen in 2020 was er een daling naar 1350 aanvragen. Maar dat was te wijten aan de covidpandemie.”

Praktijkcase: Sociale fondsen lossen zorgschuld af Dit is één van onze aanvragen Het kan lonen om voor een hulpvrager in financiële nood aan te kloppen bij de Sociale Fondsen Den Haag (SFDH). Dat leert een recente ervaring van één van onze Haagse SchuldHulpMaatjes. Diens hulpvraagster had een flinke schuld bij de zorgverzekeraar. Het maatje had een uitgebreide sociale rapportage aangeleverd met een goede uitleg van de urgente nood. De schuld is door de SFDH in dit geval volledig aangezuiverd bij het incassobureau, zodat hulpvraagster en haar gezin in één klap waren verlost van het beslag op het inkomen en van de boetepremie van het CAK. En zodat ze zich weer normaal konden verzekeren voor hun zorgkosten.   Regeling betalingsachterstand en strafpremie Wie zes maanden lang de zorgpremie niet betaalt, belandt in de “regeling betalingsachterstand”. Het CAK houdt dan een “strafpremie” in op loon of uitkering en de aanvullende verzekering stopt, zodat er bijvoorbeeld geen tandartskosten meer worden vergoed. Bij aflossing van de schuld of het treffen van een betalingsregeling kan de zorgverzekering de cliënt weer afmelden bij het CAK en kan de oorspronkelijke zorgverzekering worden hervat.   Aanvullend verzekerd SFDH zag als voornaamste reden om toe te kennen dat het gezin weer aanvullend verzekerd kon worden. De moeder had psychologische hulp nodig, wat betekent dat het eigen risico in 2025 aangesproken gaat worden ( € 385,-)  en de dochter had een beugel nodig ( =/- € 2.000,-).   Voorwaarden aan de gift SFDH verbond enkele voorwaarden aan haar gift. Om nieuwe premie-achterstanden te voorkomen was één eis dat de premiebetaling zou worden opgenomen in het budgetbeheer van de gemeente. De andere eis was dat het gezin zou overstappen op het zorgpakket van de gemeente Den Haag dat ook een aanvullende dekking biedt en waarin het eigen risico is meegenomen.

In hoeverre wordt er gebruik gemaakt van de nieuwe mogelijkheid van een vereenvoudigde procedure voor aanvragen tot 250 euro (2023) of 500 euro (2024)?

“Wij houden niet apart bij of een aanvraag een verkorte of een gewone aanvraag is. Daarom kan ik daar geen vergelijking in cijfers van maken. Gevoelsmatig hebben wij het idee dat er vorig jaar vaker dan in 2023 gebruik is gemaakt van deze mogelijkheid.”

Wat kunnen we dit jaar van SFDH verwachten?

“Vooral dat we blijven doen waar we goed in zijn: het verlenen van een oplossing voor urgente nood bij Haagse inwoners. EN ervoor zorgen dat jullie als maatjes goed geïnformeerd blijven over de mogelijkheden van SFDH en aan ons denken als je een hulpvrager begeleidt.”

Heeft u nog adviezen in de richting van onze maatjes?

“SFDH is goed op de hoogte van alle voorliggende voorzieningen We hebben goed zicht op wet- en regelgeving en kennen de sociale kaart van Den Haag goed. Als je twijfelt of je iets kan aanvragen: bel ons. We denken graag met je mee en je kunt altijd een casus voorleggen. Een belletje hoeft niet altijd tot een aanvraag bij ons te leiden, als het maar leidt tot een goede oplossing of een goede aanpak voor de hulpvrager. We hebben elkaar nodig om onze doelstelling te bereiken: zoveel mogelijk Hagenaars schuld(zorgen) vrij.”

Waarvoor kun je aankloppen bij SFDH en hoe gaat een aanvraag in z’n werk?

Aanvragen kunnen uitsluitend worden ingediend door een hulpverlener voor diens hulpvrager. Het gaat dan om urgente zaken, waarvoor voorliggende voorzieningen en regelingen geen, geen tijdige of geen voldoende oplossing bieden. Denk aan dringende basisbehoeften als huishoudelijke apparatuur, een bril op sterkte, een bed met matras, een fiets, verhuiskosten, kleding, maar ook (éénmalige) kosten die verband houden met ziekte, verzorging of handicap.

Met de financiering van schulden is SFDH zeer terughoudend, behalve als het gaat om een bijdrage om een schuld in de sfeer van de vaste lasten (huur, energie, water of zorgpremie) op te lossen.

Aanvragen verlopen via het formulier op de website www.socialefondsendenhaag.nl. Voor een urgente nood tot € 500 kan het sneller en gemakkelijker: er hoeven dan geen bankafschriften of gegevens over inkomsten en uitgaven te worden aangeleverd. Voor vragen, ruggenspraak of advies staat SFDH altijd open. Bel daarvoor op maandag t/m donderdag van 08.00 – 16.00 uur 070-7113906 of mail naar info@socialefondsendenhaag.nl.

Lees meer:

Meer mogelijk bij Sociale Fondsen Den Haag  

SFDH, wat doet dit fonds precies? Scarlett Zwartkruis, directeur, gaf ons tijdens een maatjesavond een kijkje achter de schermen.

Bekijk de presentatie van SFDH op Basecamp (het intranet voor SchuldHulpMaatjes)

“Ik kijk terug met gemengde gevoelens. Met trots op de groei en de professionalisering van de organisatie, maar ik ga ook dit heel bijzondere werk missen en de leuke mensen met wie ik heb mogen samenwerken,” zegt Elmar Hommes (34), als hij eind maart zijn bureau leegruimt in de directiekamer van SchuldHulpMaatje Den Haag. Zijn dringende advies aan zijn opvolger: “Wees zuinig op je maatjes. De vrijwilligers zijn ons bestaansrecht.”

Ruim vier jaar heeft Elmar aan het roer gestaan van de organisatie. “Twee jaar eerder was ik min of meer bij toeval in dit werk gerold. Ik werkte toen in een IT-baan bij PostNL, waar ik op een gegeven moment niet meer het gevoel had dat ik er wat toe deed. Dat ik echt iets betekende voor anderen.”

In 2018 werd hij gegrepen door de schrijnende documentaire Schuldig over mensen die in de knel raken in de schuldenindustrie. “Ik meldde me aan als vrijwilliger bij SchuldHulpMaatje en bij mijn eerste klus was ik al verkocht aan dit werk. Wat een ongelooflijk effect je kunt hebben, alleen al door er te zijn voor iemand, wat structuur te geven en regelmaat.”

Sterk concept

Zo ontstond een heilig geloof in wat Elmar beschrijft als “ons concept”: coaching, ruimte geven, steun als het tegenzit, ontwikkelen van persoonlijke vaardigheden en werken aan zelfredzaamheid. “En alles speelt zich af bij de mensen thuis. Dat is echt van enorme meerwaarde vergeleken met de instanties waar hulpvragers mee te maken krijgen met professionals achter een bureau met een computer. Daardoor kunnen wij de zwaardere gevallen aan – en die krijgen we ook.”

Pioniersfase

Toen Elmar eind 2020 als directeur aantrad, trof hij een organisatie aan die nog deels in de pioniersfase verkeerde. “Er was één directeur en een projectleider als staf, met acht coördinatoren en 180 maatjes als vrijwilligers. Het jaarbudget bedroeg zo’n € 120.000, waarvan de helft subsidie van de gemeente Den Haag.” Nu bestaat de staf naast de directeur uit twee vrijwilligerscoördinatoren en een projectleider. Het vrijwilligersbestand omvat 15 coördinatoren en ongeveer 200 maatjes. De organisatie is nu goed voor een jaarbudget van € 455.000, waarvan € 325.000 uit de subsidiepot van de gemeente.

Financiële rust

De stichting SchuldHulpMaatje Den Haag verkeert in relatieve financiële rust. Met de gemeente is de financiering afgetimmerd tot en met 2026. Waar Elmar ook met tevredenheid op terugkijkt, is hoe de organisatie er nu bijstaat. “In een vrijwilligersorganisatie is het cruciaal dat je de medewerkers goed ondersteunt en de kwaliteit van het werk bewaakt, terwijl het ook nog leuk en bevredigend moet blijven voor de vrijwilligers. Volgens mij hebben we daar een flinke stap in gezet met de introductie van het wijkgericht werken. Alle maatjes met hun coördinatoren werken in teams, waar ze meer onderlinge contacten hebben, elkaar kunnen ondersteunen en ervaringen kunnen uitwisselen.”

Tegenvallers

Daar stonden ook de nodige tegenvallers en leerpunten tegenover. Elmar: “Waar ik me in de beginperiode ernstig op verkeken heb was de jaarrekening. Aan de inkomstenkant zijn we best een complexe organisatie met één subsidieverlener en nog tien meefinancierende fondsen. Die willen natuurlijk allemaal een fatsoenlijke verantwoording van wat we met hun geld hebben gedaan. Het is een heel geworstel geweest voordat we dit op orde hadden. Wat we ook geleerd hebben is dat we in ons enthousiasme onze maatjes niet met te veel trainingen, bijeenkomsten en evenementen moeten overladen. Het moet wel een beetje leuk blijven voor onze vrijwilligers.”

Dat is ook het belangrijkste advies van Elmar voor zijn opvolger. “Onze vrijwilligers zijn ons bestaansrecht. Blijf goed naar ze luisteren, houd de band goed met ze en maak die liefst nog sterker. Wees zuinig op de maatjes.”

Wat te doen als er sprake is van een partner van/bij een SHM-aanmelding?

Het komt regelmatig voor: een hulpvrager meldt zich aan bij SchuldHulpMaatje en de partner niet. Maar samen vormen de hulpvrager en de partner wel een huishouden met (waarschijnlijk) gezamenlijke verplichtingen. Hoe pak je dat aan als maatje? Lees in dit artikel welke vragen je kunt stellen en ontdek tips.

Soorten betrokkenheid

Omdat de twee partners samen een huishouden vormen en het niet is uitgesloten dat het probleem van de ene partner het gehele huishouden raakt, is het waarschijnlijk goed dat beide partners betrokken zijn. Betrokkenheid is in dit geval tweezijdig en bestaat uit emotionele en/of financiële betrokkenheid.

1. Morele/emotionele betrokkenheid

Emotionele betrokkenheid is steun, begrip, er samen voor gaan staan. Samen ben je sterker dan alleen.

Bij de intake wordt vaak lang niet alles duidelijk. Als maatje kom je er mogelijk later pas achter in hoeverre de rol van de partner meespeelt. Dan is het belangrijk om dit te bespreken met je hulpvrager:

• Wil je de partner erbij betrekken?
• Kan je de partner erbij betrekken?
• Wil de partner dit zelf wel?
• Wil het maatje wel twee mensen helpen of vindt hij/zij dit te lastig? Is er een ander maatje gewenst, die beter past? Of een tweede maatje?
• In hoeverre zijn beide partners gemotiveerd genoeg en bereidwillig om wat aan de schulden te doen?
• In hoeverre zitten zij op dezelfde lijn over hoe ze dit gaan doen?

Zodra blijkt dat beide hulpvragers er totaal verschillend instaan, is dat voor een maatje natuurlijk lastig. Het maatje doet er dan verstandig aan zich af te vragen of hij/zij bereid is om hierin te investeren. De investering kan bijvoorbeeld bestaan uit (maximaal) twee gesprekken om de partners tot elkaar te brengen.

Hierbij geldt uiteraard dat een maatje geen mediator is, maar wel kan aangeven dat een succesvolle afronding van het financiële traject grotere kans van slagen heeft als je elkaar steunt en samen afspraken maakt over de inkomsten en uitgaven.

2. Financiële betrokkenheid/aansprakelijkheid

Financiële betrokkenheid is financiële aansprakelijkheid. Vanwege de huwelijkse status of het mede-aangaan van financiële verplichtingen kunnen beide partners (hoofdelijk of ieder voor een gelijk deel) verantwoordelijk zijn voor betaling. En niet alleen de partner die zich heeft aangemeld.

Grof gezegd zijn er twee smaken:

1. De partners zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden (ofwel: allebei voor het geheel), hetgeen het geval is bij trouwen in gemeenschap van goederen.
2. De partners zijn beiden alleen verantwoordelijk voor hun eigen schulden en dus niet aansprakelijk voor elkaars schulden.

In de eerste situatie heb je als maatje eigenlijk te maken met twee hulpvragers. In de tweede situatie zal het beter mogelijk zijn om de hulp te richten op één partner (als de hulpvrager dat wil).

In de intake wordt alleen gevraagd of de hulpvrager getrouwd is, maar niet naar de huwelijksvorm. Het maatje kan in een later gesprek melden dat eventuele aansprakelijkheid van de partner afhangt van de huwelijksvorm en dat in geval van een schuldsaneringstraject de gemeente daar waarschijnlijk nog op terug zal komen. Maar laat het bij deze mededeling: geef geen advies! Bij vragen hierover verwijzen wij door naar een professional (advocaat, sociaal hulpverlener).

Wat als de hulpvrager zelf betalingsregelingen treft?

Als de gemeente niet betrokken is, kan je ervan uitgaan dat degene die door de crediteur wordt aangeschreven aansprakelijk is. Dat betekent dat hij/zij moet betalen aan de crediteur. Het kan wel zo zijn dat de partner ook aansprakelijk is, maar dat is iets dat de partners samen moeten uitzoeken.

Bij een huwelijk in gemeenschap van goederen zijn bijvoorbeeld beide partners aansprakelijk voor alle schulden. Ze kunnen dus allebei betalen om van de schuld af te komen en hoe ze die last vervolgens onderling verdelen, is aan hen.

Aansprakelijkheid

Aansprakelijkheid van de ander sluit de aansprakelijkheid van degene die wordt aangeschreven door de crediteur niet uit, tenzij er echt sprake is van een fout/vergissing van de crediteur. Het is aan degene die wordt aangeschreven om de crediteur hierop te wijzen.

Diegene die wordt aangesproken door de crediteur heeft dus misschien wel een recht van verhaal op zijn partner, maar dat maakt voor de aansprakelijkheid richting de schuldeiser in de meeste gevallen niet uit. Wel kan je de schuldeiser informeren over de aansprakelijkheid van de partner, zodat de schuldeiser ook die partner aanspreekt.

Om een beeld te krijgen van de situatie, stel deze vragen:

1. Waar zitten de schulden? Wie wordt aangeschreven?
2. Hoe zijn partners getrouwd?
3. Zijn dit individuele schulden of is dit samen opgebouwd/aangegaan?
4. Hebben beide partners getekend voor de schuld?
5. Wat dragen beide partners bij in de huishouding?
6. Zijn beide partners bereid om bij te dragen in de aflossing?

Laat partners altijd zelf bepalen hoe ze de aflossing gaan aanpakken. Geef geen advies! Bij iedere vorm van twijfel of onenigheid: overleg met een professional (juridisch loket, klantbegeleider van de gemeente etc.).

Als blijkt dat de partners niet tot elkaar willen of kunnen komen, omdat een van de partners geen aansprakelijkheid erkent terwijl hij/zij dit wel is of moet zijn, dan is professionele hulp gewenst.

Professionele hulp kan bestaan uit:

• Advocaat / sociaal raadslid
• Helpdesk Geldzaken
• Juridisch loket
• Budgetbeheer
• Bewindvoering

Of op relationeel/emotioneel/psychisch vlak:

• Professionele GGZ-hulp
• Professionele verslavingshulp
• Mediation / relatietherapie
• Overig

Handige websites

1. Heb ik ook schulden als mijn partner waarmee ik samenwoon schulden heeft? | Rijksoverheid.nl
2. Hulp bij geldzaken – Den Haag
3. Aansprakelijkheid schulden bij samenwonen | Het Juridisch Loket
4. Heb ik ook schulden als mijn (geregistreerde) partner schulden heeft? | Rijksoverheid.nl

Vind je het gek! is de theatervoorstelling waarmee SchuldHulpMaatje Den Haag haar nieuwe project over psychische kwetsbaarheid start. De voorstelling start om 19.30 uur op 22 februari in theater en filmhuis Dakota. Alle maatjes zijn van harte welkom.

“Ik ben een zus van een broer met schizofrenie en ik ben theatermaker en zangeres”, vertelt Nynka Delcour, die de teksten en artistieke leiding over het project heeft. “In deze voorstelling komen die twee samen. Eerder maakte ik al voorstellingen voor de geestelijke gezondheidszorg, maar deze voorstelling is bijzonder omdat mijn eigen ervaringen erin verweven zijn. Voor de show heb ik zes mensen geïnterviewd. Mijn broers verhaal loopt als een rode draad door de verhalen van deze zes verhalenvertellers heen.”

Gesprek over psychische kwetsbaarheid

“Vind je het gek! laat op een luchtige manier zien wat een psychische ziekte doet met de omgeving. Er worden geen medische termen gebruikt. Het verhaal laat op een indrukwekkende manier de mens en zijn kwetsbaarheid zien. Dat past heel goed bij het nieuwe project psychische kwetsbaarheid”, vertelt Jasper van der Wulp, projectleider. “Uit de praktijk van onze schuldhulpverlening en uit onderzoek weten we dat problematische schulden negatief samenhangen met (mentale) gezondheid. De voorstelling is een start en krijgt een vervolg in meerdere trainingen om maatjes toe te rusten om met hulpvragers met schulden en geestelijke problemen om te gaan. Na de voorstelling gaan we samen in gesprek. We zullen daarbij de kaartjes en vraagstellingen gebruiken die Nynka speciaal hiervoor heeft laten maken.”

Over de makers

Nynka (Conservatorium Hilversum, Toneelacademie Maastricht) schreef de teksten en heeft de artistieke leiding over het project. Ze werkt samen met Rob Stoop (Conservatorium Alkmaar). Hij werkt mee als pianist, accordeonist en componist. Bekijk hun website.

Over SchuldHulpMaatje Den Haag

SchuldHulpMaatjes helpen mensen met schulden hun geldzaken op orde te brengen. Wie zijn geldzaken op orde heeft, kan weer genieten van het leven. Dat gunnen we iedereen. Komende jaren hebben we drie speciale projecten: psychische kwetsbaarheid, wijkgericht werken en laaggeletterdheid.

Lees meer over: wat doe je als maatje.