Talentcoach, een bijdrage van een samenwerkingspartner van SchuldHulpMaatje

Geplaatst op 21 december 2021

Loopbaantraject “lef op de arbeidsmarkt”

Het zal je maar gebeuren. Je hebt je leven niet (meer) goed op de rit. Als je een uitkering hebt of in de schulden zit, wil je vaak wel werken. Maar je weet niet goed meer hoe je het moet aanpakken. Je voelt je buitenspel staan op de arbeidsmarkt.

Bij Talentcoach weten we dat het soms heel moeilijk kan zijn. Maar wij geloven ook in mogelijkheden. Talentcoach helpt je met het programma LEF op de arbeidsmarkt om weer de regie te pakken. Je ontdekt je talenten, weet welke je baan je wilt en wat je moet doen om te solliciteren en je werkt toe naar een videopitch of een flyer. Zo is het nog maar een kleine stap naar betaald werk. Je wordt begeleid door een coach uit het bedrijfsleven. Maar dit is niet alles! Je krijgt ook een profielfoto van een professionele fotograaf.

Wat we van jou vragen? Een gezonde dosis lef!

Een samenwerkingspartner van SchuldHulpMaatje

Verhaal van deelnemer Katarzyna

Katarzyna

Net als Katarzyna. Ze werkt een paar uur in de week in de thuiszorg maar wil het liefst een functie waarin ze haar talenten kan inzetten. Tijdens het traject kwam ze erachter dat ze graag als schuldhulpverlener wil werken. Omdat ze zelf weet hoe het is om niet goed rond te komen en haar studie kan inzetten. Haar traject heeft ze afgesloten met een videopitch. Bekijk die hier:

Katarzyna (pitch)

Wil jij ook net als Katarzyna een baan vinden. Heb je schulden (gehad) en kun je zelf geen loopbaancoach betalen? Dan ben je bij ons op het juiste adres.

Onze loopbaancoaching krijgt gemiddeld een 9- van de deelnemers en daar zijn we trots op.

Dit ga je doen

  •        Je hebt een uitgebreid intakegesprek
  •        Matchmaking, we koppelen jou aan een loopbaancoach uit het bedrijfsleven met wie je 5-10 coachgesprekken hebt
  •        Online training ‘een onweerstaanbaar CV’
  •        Workshop ‘imago en identiteit’
  •        Storytelling: ‘Wat is jouw verhaal?’
  •        Sollicitatietraining’
  •        Schrijf je pitch met een tekstschrijver

 

Startdata 2022:

21 januari, 24 februari, 21 maart, 2 april, 29 augustus en 23 september

 Op 21 december a.s. organiseren we een informatiebijeenkomst via Zoom. Wil je hierbij aanwezig zijn, meld je dan aan: sharon@talentcoach.nl

 Kun je niet wachten? Meld je dan direct aan op onze website: 

‘de Schuldenrechter’ wil toegang tot schuldhulpverlening verbeteren

Geplaatst op 11 december 2021

“In deze mediacratie moeten we de maatschappelijke relevantie van de rechtspraak bewijzen. We kunnen niet onzichtbaar zijn, maar moeten tijdig reageren en naar buiten treden.”

Bij de Rechtbank Den Haag loopt sinds januari 2020 een pilot om mensen met problematische schulden beter en sneller te helpen. Herman van Harten is voorzitter van het team Insolventies, rechter en projectleider van ‘de Schuldenrechter’, zoals de pilot heet. “Voor de goede orde, een schuldenrechter is niet iets of iemand, maar eerder een kader van verschillende maatregelen om mensen met probleemschulden vooruit te helpen”.

Deze proef past in de bredere tendens om te kijken naar een maatschappelijk effectieve rechtspraak. Herman van Harten: “Als eigentijdse rechtspraak staan we midden in de maatschappij en doen we mee door te reageren op maatschappelijke problemen. Het is niet meer voldoende om ons uitsluitend op de juridische beslissing te richten. Als er maatschappelijke problemen zijn, zoals in het geval van probleemschulden, wat kunnen we dan bijdragen aan de oplossing?
Voor die vraag staan we en die proberen we met nieuwe maatregelen of een aangepaste werkwijze te beantwoorden. Als je te maken hebt met probleemschulden, dan is de kans groot dat je ooit te maken krijgt met een procedure bij de rechter. Wanneer je dan bij de rechtbank komt, willen we in voorkomend geval de weg wijzen naar de schuldhulpverlening. Een van de belangrijkste maatregelen is daarom het inzetten van schuldenfunctionarissen.”

Schuldenfunctionaris

Bea van der Ven, junior juridisch medewerker, is voor de Haagse pilot één van de schuldenfunctionarissen. In haar dagelijkse werk houdt zij namens de rechter-commissaris toezicht in lopende schuldsaneringsregelingen voor natuurlijke personen die door de rechtbank zijn uitgesproken. In haar functie als schuldenfunctionaris zit zij bij de rolzittingen van de kantonrechter, de huis-tuin-en-keuken zaken van de rechtbank, om direct met mensen die daar behoefte aan hebben in gesprek te kunnen gaan over schuldenproblematiek. Waar nodig verwijst ze door naar schuldhulpverlening.

Behoefte aan een gesprek
Het betreft zaken met vorderingen tot maximaal 25.000 euro, bijvoorbeeld onbetaalde energierekeningen, zorgverzekeringskosten of huurachterstanden. “De rechter vraagt dan door op de situatie waarin de schulden zijn ontstaan. Als hij constateert dat er meer aan de hand is dan het niet betalen van een rekening of de huur, informeert hij of er behoefte is aan een gesprek met de schuldenfunctionaris. Deze schuldenfunctionaris gaat het gesprek met de persoon aan. De mensen vinden het fijn om hun verhaal kwijt te kunnen. Als zij uit een zitting komen, zitten de emoties soms best hoog. De boosheid en frustratie zakken als ik op een rustige plek dat gesprek met ze voer. Tijdens de rolzitting worden er meerdere zaken besproken, er zitten meer mensen bij behalve jijzelf. Daar zijn mensen vaak zenuwachtig voor.”

Doorverwijzing naar gemeente

Wanneer het ene financiële gat met het andere wordt gedicht, zien mensen soms geen uitweg meer. Dat kan zover oplopen, dat het huis ontruimd wordt. Of er is sprake van multiproblematiek, werkloosheid, echtscheiding, gezondheidsklachten, waardoor mensen niet in staat zijn om financieel het hoofd boven water te houden. Bea van der Ven: “Dan verwijzen we mensen door naar de gemeente waar ze versneld worden geholpen. Binnen twee weken na onze doorverwijzing neemt de gemeente contact op. Als er naast de schulden nog meer speelt, dan kan de gemeente over de diverse loketten heen de juiste hulp in gang zetten. Soms weten mensen niet eens dat ze bij de gemeente kunnen aankloppen.”

Schulden maken kwetsbaar

Waarom er zo lang wordt gewacht met het inschakelen van hulp wijdt Herman van Harten aan het fenomeen dat we niet zo gewend zijn om over schulden te praten. “Onze cultuur is er niet naar dat we schuldproblemen makkelijk bespreken met familie of de buren. We worden niet opgeleid in onze financiële huishouding. Er leeft schaamte, wat er weer voor zorgt dat je wegduikt voor post van schuldeisers. Schulden maken je ook kwetsbaar. Bij de rechtbank maken we mee dat mensen in een juridisch moeras verzeild raken, te maken hebben met meerdere procedures en vorderingen die niet betaald zijn of kunnen worden. Tegelijkertijd leven we in een maatschappelijke context waarin je mee wilt blijven doen, mensen zich soms de nieuwste mobiele telefoon permitteren. Via webshops kun je van alles bestellen. Dat lukt prima als je je leven op orde hebt. Maar raak je van dat pad af, de relatie loopt stuk en, tot enkele jaren terug, het huis moet worden verkocht met een restschuld, dan kunnen de rekeningen zich zo maar opstapelen. We merken het ontstaan van stille armoede aan de zzp-ers die door de coronacrisis geen opdrachten meer binnenhaalden. Dat heeft niets te maken met opleiding of achtergrond. Schuldenproblematiek komt voor in alle lagen van de bevolking.”

“Gezag is geen vanzelfsprekendheid meer. Maar de woorden van een rechter kunnen impact hebben zodat de schuldenaar er werk van maakt”

SchuldHulpMaatje

Onderzoek heeft aangetoond dat geldzorgen tot gezondheidsklachten leiden, die weer zorgkosten met zich meebrengen. Herman van Harten: “Een maatschappelijk initiatief als SchuldHulpMaatje is vanuit die wetenschap al enorm goed. Want je horizon zakt als je in de schulden zit. Jouw kansen worden minder, het initiatief om plannen te maken neemt af. Dan is het onder begeleiding toewerken naar een schuldenvrije toekomst het allermooist.”

Minnelijk traject of WSNP

Een minnelijk traject, waarbij de zaak wordt overgedragen naar de gemeente en gezamenlijk met schuldeisers een oplossing wordt gevonden, heeft in veel gevallen de voorkeur. Herman van Harten: “Met de schuldeisers wordt dan naar een structurele oplossing gezocht. Zij zullen bereid moeten zijn om mee te werken. Aan het eind van zo’n traject ben je bevrijd van je schulden. Hier komt geen rechter aan te pas. Dus die zaken zien we niet meer. Werken niet alle schuldeisers mee, dan kan er bij de rechtbank een verzoek tot een dwangakkoord worden gedaan. De rechter beoordeelt of dat passend is. Of er kan een beroep worden gedaan op de Wettelijke Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP). Dit model is gestoeld op een strak regime. Als je wordt toegelaten span je je 3 jaar in om je schulden te betalen, onder toezicht van een bewindvoerder. Als dit traject succesvol is, begin je met een schone lei. De schulden zijn dan niet meer afdwingbaar.”

Schuldenvrije toekomst
Binnen het wettelijke traject is de WSNP het voornaamste instrument om een schuldenvrije toekomst binnen bereik te krijgen. “Deze wet is wel gestoeld op de zelfredzame mens. Je moet je financiën al behoorlijk op orde hebben, 40 uur per week werken en geld afdragen aan de gezamenlijke schuldeisers. De rechtbank stelt een bewindvoerder aan die erop toeziet dat je je afspraken nakomt. Er gelden algemene inspanningsverplichtingen. Als je geen of onvoldoende werk hebt, is er een sollicitatieverplichting. Er geldt een informatieplicht, onder meer over al het geld dat je ontvangt. Sommigen komen die periode van de schuldsaneringsregeling vlekkeloos door, anderen hebben er duidelijk ondersteuning bij nodig. Het lukt niet iedereen om een goede administratie bij te houden of vier keer per maand een sollicitatiebrief te schrijven. Voor deze mensen is ondersteuning met budgetbeheer of door een maatschappelijk werker rond andere problematiek van grote waarde.”

Schuldsaneringstraject

In Den Haag lopen rond de 750 personen in de WSNP. Binnen de wetgeving wordt de toegang tot de schuldhulpverlening momenteel onderzocht en verbreed, zodat meer mensen geholpen kunnen worden. Herman van Harten: “De aandacht hiervoor heeft een permanent karakter. Landelijk zijn er zo’n 600.000 huishoudens met probleemschulden. Een klein percentage komt maar in een minnelijk of wettelijk schuldsaneringstraject. Een aanzienlijk deel zit in een situatie, waarin niet gewerkt wordt aan een schuldenvrije toekomst. Dat is een intrigerende situatie, omdat bijvoorbeeld bij een schuldenbewind de schulden niet zomaar ongedaan worden gemaakt. De schuldensituatie continueert. Pas nadat mensen een schuldsaneringstraject hebben doorlopen, gaan ze een schuldenvrije toekomst tegemoet.”

Vroegsignalering

Het inzetten van de schuldenfunctionaris is een vorm van vroegsignalering. “Er verandert niets aan de uitspraak, het vonnis blijft, maar er wordt contact gelegd met een afdeling schuldhulpverlening van de gemeente. Ter zitting komen wel argumenten naar voren; dat men de voorkeur geeft aan het betalen van de huur of gas en licht en dan de zorgpremie maar even opzij schuiven. Als je niet oppast beland je in een wanbetalersregeling. Kijken we door een juridische bril dan moet iemand de rekening betalen voor de elektriciteit die hij heeft afgenomen. De kantonrechter zal de vordering in de regel toewijzen en aandringen om tot een betalingsregeling te komen. Een betalingsregeling afdwingen kan nog niet. Na het vonnis zal iemand zelf met de deurwaarder een betalingsregeling moeten afspreken. Als die envelop ook weer ongeopend op de stapel komt, is dat onbevredigend. De maatschappelijke kosten van mensen met probleemschulden zijn niet gering. We weten dat als mensen verder in de penarie belanden, dit extra zaken geeft. Er treedt een keteneffect op met meer zorgkosten, mensen belanden in de bijstand. Als we mensen eerder kunnen helpen is dat beter voor de samenleving.”

Mijn leven met schulden

Geplaatst op 11 december 2021

Dit is het persoonlijke verhaal van John. Het gaat over zijn leven met schulden in zijn gezin met multiproblematiek. Hoe voelt het nu werkelijk om te leven met schulden? Hoe beïnvloedt dit je dagelijkse leven? Hij vertelt openhartig hoe een aantal dingen samenkomen; alcoholisme, onzekerheid, roekeloosheid, vluchtgedrag en het gebrek aan communicatie tussen twee partners.

John

1992 – Ford Sierra
In 1992 woonde ik samen met een vriendin, die ook een inkomen had, toen ik mijn eerste lening aanging. Dit was €18.000 gulden voor een Ford Sierra van 4 jaar oud. Ik wilde die auto in 5 jaar afbetalen. Ik was toen 26 jaar. In deze tijd waren leningen nog fiscaal aftrekbaar, dus volgens velen was je gek als je ervoor ging sparen. Ik gebruikte dit als een goed excuus, want ik had niets gespaard. De eerste twee jaar voelde het afbetalen al als een steen om mijn nek en nadat wij, in maart 1994, uit elkaar gingen, werd het nog moeilijker.

Hier begon de ellende (Ford Sierra 1988)

1995 – Geen inzicht in uitgaven
In december 1994 leerde ik mijn toenmalige partner kennen. Zij had op dat moment al een zoontje van 2 jaar die een paar jaar later gediagnostiseerd werd met ADHD, maar dat was toen ook al duidelijk. In april 1995 gingen wij al samenwonen, maar we hadden nog wel twee woningen. Vrijwel meteen kwamen we iedere maand geld tekort. We rookten allebei fors en zij had problemen met alcohol, wat ik toen nog niet goed doorhad. Achteraf gezien waren er wel signalen, maar die vielen pas later op hun plaats. Bovendien hadden we allebei geen goed inzicht in de uitgaven. Zo bleek mijn autolening te hoog. Dit heb ik toen om laten zetten in een flexibel krediet. Dit gaf iets meer lucht, maar we waren niet op zoek naar een structurele oplossing. We waren niet bezig met wat er in de toekomst zou kunnen gebeuren.


1996 – Geld tekort
In juli 1996 kregen wij een huurwoning in de Merenwijk in Leiden, zodat we de twee oude woningen konden afstoten. Zo dachten we financieel meer overzicht te krijgen. Een maand later werd in dit huis onze dochter Laura geboren. Het overzicht dat we dachten te krijgen, viel toch een beetje tegen. Ik reed toen een jaar als internationaal vrachtwagenchauffeur.

Ik bemoeide mij te weinig met de financiële zaken,

omdat ik te weinig zelfvertrouwen had dat ik het wel kon.

Thuis kwam mijn partner iedere maand geld tekort.

Omdat ik toen ook een werkgever had die regelmatig te laat of te weinig betaalde (iets wat in de transportwereld vrij vaak voorkomt) gaven wij daar de schuld aan, maar dat was achteraf natuurlijk te makkelijk. Ondanks al deze problemen ging ik toch een soort van door met het normale leven. Regelmatig in het weekend ging ik ’s middags even een drankje halen in de kroeg, waarbij ik ook vaak even ging gokken voor ongeveer €25. In ons geval was dat natuurlijk niet handig om te doen.

1997 – Chauffeur binnenland
Vanaf 1997 ben ik als chauffeur in het binnenland gaan rijden, maar de geldproblemen bleven. Dit losten wij op door regelmatig het flexibel krediet, wat bij de RVS liep, te verhogen. Ook spaarrekeningen van de kinderen die liepen tot hun 18e levensjaar kochten wij af, om zodoende het hoofd boven water te houden. In deze tijd ging er bijna geen dag voorbij zonder dat wij met geld bezig waren. Dit moest natuurlijk wel ergens eindigen en in 2002 hadden wij een flexibel krediet van €30.000 euro en een huur van toen al een dikke €700. Het was een groot huis, dus het werd onbetaalbaar. Na gesprekken met vrienden en een hypotheekadviseur bleek kopen de oplossing. Achteraf was toen al de schuldhulpverlening beter geweest. Dat was er toen al wel, maar nog niet zo bekend. Omdat de lening van €30.000 euro meegenomen moest worden in de hypotheek, konden wij alleen nieuwbouw kopen, want daar zat volgens de bank nog prijsstijging in. Aangezien er toen in Leiden niets werd gebouwd, werd het Den Haag -Leidschenveen, een nieuwbouwwijk in aanbouw. Daar konden we een nieuwbouwhuis kopen. Het was een mooi huis, maar wij moesten weg uit onze geliefde Merenwijk en Leiden. Zonder geldproblemen hadden we dat echt nooit gedaan. De hypotheekadviseur, een snelle jongen, zei bij het afsluiten nog ‘nu zijn jullie de lening eindelijk kwijt’, waarop ik antwoorde ‘nee hoor, hij is alleen verplaatst’. De RVS-adviseur die het flexibel krediet had afgesloten, dat nu ingelost werd, kwam nog één keer bij ons langs om te klagen dat hij zijn provisie nu moest inleveren.

2004 – Schone lei in Leidschenveen
Vanaf maart 2004 woonden wij nu, zogenaamd met een schone lei, in Leidschenveen. Maar de aankoopprijs inclusief bouwrente was €228.000 euro en de hypotheek €255.000 euro, dus er moest flink wat waarde bij. De avond voordat we gingen verhuizen zat ik op de vensterbank van ons oude huis en dacht toen al ‘shit; wat hebben we gedaan’. We hadden het goed naar ons zin in de Merenwijk en de enige reden dat we hier weggingen was vanwege de geldproblemen. Ook mijn partner had ongetwijfeld dit gevoel, want na vijf jaar clean te zijn geweest, begon ze een paar weken voor de verhuizing weer te drinken.

Financiële crisis
Zeker in de begintijd in Leidschenveen, de wijk was nog in aanbouw, voelden we ons compleet verloren en ongelukkig. In die tijd waren wij allebei zeer gesloten, hierdoor spraken we dit ook niet uit naar elkaar. Bovendien viel de overwaarde tegen. De waarde van ons huis werd tot 2008 nooit hoger dan €240.000. Veel te weinig om die lening die wij ‘zogenaamd’ kwijt waren terug te verdienen en toen brak ook nog de financiële crisis uit.

2004 – 2007 – Kop in het zand
Vanaf 2004 tot en met 2007 begonnen de alcoholproblemen van mijn partner echt uit de hand te lopen. Ook moesten we weer regelmatig bijlenen, omdat we niet uitkwamen met geld. Ik reed toen nog wel internationaal, maar zag wel dat het weer fout ging, maar ik deed niets om het tegen te houden. De kop in het zand dus. Dit ging zo door, tot we in drie jaar tijd weer opnieuw een schuld van €45.000 euro hadden opgebouwd. Het hoogste wat we konden lenen tegen €370 euro maandelijkse rente zonder aflossing.

Tijdens deze periode waren wij dagelijks met geld bezig.

Je stond er mee op en ging er mee naar bed.

Het is zelfs een keer voorgekomen dat ik met mijn zoon bij de kassa van de Jumbo stond en er geen saldo was, dus we moesten de kar laten staan. Als internationaal vrachtwagenchauffeur moest ik ook geld meenemen voor onderweg, wat ik dan regelmatig bij mijn ouders moest lenen, waardoor je je heel klein voelt, ondanks dat ik toen al de 40 jaar was gepasseerd.

Weinig inzicht in financiën
De reden dat de schuld zo snel zo hoog werd, is doordat we te weinig inzicht hadden in de financiën. Wij waren er ook niet echt mee bezig. Zo waren er bijvoorbeeld nooit gesprekken over wat nou precies de vaste lasten en uitgaven waren. Als ik voor mijzelf spreek; ik toonde daarin toen te weinig interesse. Bovendien beheerste haar alcoholgebruik en ook de talrijke politie incidenten van onze zoon steeds meer het gezin. Meestal om de twee maanden was het geld op, maar lagen er nog veel onbetaalde rekeningen. Dit losten we dan weer op door de kredietlimiet te verhogen. Een keer toen we dat weer deden, heb ik er nog wel een auto van gekocht. Een uitgave van ongeveer €3.000 wat natuurlijk in zo’n situatie ook niet erg handig is.

2007 – Eerst zelf oplossen
Het ging al een tijd niet goed in onze relatie mede door deze problemen en ook een zoon die steeds vaker met politie in aanraking kwam. In 2007 verliet mijn partner het gezin, omdat zij een nieuwe vriend had leren kennen en bij hem ging wonen. Vanaf dat moment stond ik er alleen voor met onze kinderen, op dat moment 14 en 10 jaar, die bij mij bleven wonen. Op dat moment viel haar salaris weg en moest ik het zelf doen. Uiteraard stopte ik toen ook met internationaal rijden, want ik moest mijn kinderen nu alleen opvoeden. In dezelfde week moest ik met spoed naar de dierenarts met Tommy, mijn lievelingskat, omdat hij door zijn achterpoten ging. Daar bleek na onderzoek dat hij een uitgezaaide tumor had en dat ik hem in moest laten slapen. Twee maanden hiervoor waren er al voortekenen dat het niet goed ging, maar door geldgebrek hoopte ik dat het beter zou worden en ging ik niet naar de dierenarts. Helder nadenken kon ik in deze tijd al lang niet meer. Na het inslapen, heb ik hem bij de dierenarts achter gelaten, omdat er geen geld was voor een fatsoenlijke crematie.

Ik kreeg meteen na de scheiding al een tip van een collega over de schuldsanering, maar ik wilde het eerst zelf oplossen, ook door de grote verhalen die je hoorde dat je niks meer overhield in de schuldsanering.

Ik ben ook diverse keren naar de bank geweest om te proberen een regeling te treffen, bijvoorbeeld door de lening in tweeën te verdelen, maar dat doen ze natuurlijk niet. Dit halen ze bij het hoogste inkomen. Die is dus hoofdelijk aansprakelijk. Een term die je bij het tekenen voor het krediet wel tegenkomt, maar in deze situatie kom je er pas echt achter wat dat betekent.

2009 – Geen uitweg
In augustus 2009 heb ik mij aangemeld bij de schuldhulpverlening van de gemeente Den Haag, omdat ik geen uitweg uit deze situatie meer zag. Ik had een levensverzekering, die gekoppeld was aan de hypotheek, ook al opgezegd, omdat daar geen geld meer voor was. Dus ook op de hypotheek loste ik niets meer af. Van het krediet betaalde ik alleen de rente van €370 dus die stond ook nog net zo hoog.

Schuldhulpverlening
In december kreeg ik een intake met een consulent. Het eerste wat zij opmerkte was dat ik hier zelfstandig niet meer uit zou komen, iets wat ik zelf de afgelopen twee jaar ook had gevoeld. Alleen de trots maakte dat ik het eerst zelf wilde oplossen. Wat gek is, want in deze situatie heb je niet veel om trots op te zijn en het helpt ook niet. Ik kreeg toen de keuze; of zij zouden het van mij overnemen en ik kreeg leefgeld, of ik kreeg een vrij te laten bedrag en ik regelde alles zelf. Ik heb voor dat laatste gekozen, omdat ik het al 2,5 jaar zelf deed. Het vrij te laten bedrag kwam neer op ongeveer €70 euro per week voor mij en twee kinderen. Daar moet alles van gebeuren; boodschappen, school enz. Bovendien rookte ik toen nog voor ongeveer €180 euro per maand dus dat maakt het niet makkelijker en in een situatie als deze is stoppen echt geen optie ook al zou dat voor de gezondheid en het geld beter zijn.

2010 – Stip op de horizon
Het traject ging starten in april 2010 en ik had een geweldig gevoel van opluchting. Ik had nog steeds weinig geld, maar ik hield net zoveel over als voor het traject. Misschien zelfs nog iets meer. Ik had nu voor het eerst sinds de scheiding een stip aan de horizon. Ik zou nu als alles goed verliep na drie jaar klaar zijn met de schulden. Wel zat er ook druk op, want mijn schuldregeling was gebaseerd op 55 uur per week werken, dus ik mocht deze drie jaar niet ziek worden. Ook heb ik meteen maar mijn trots opzijgezet, want dat helpt niet. Ik was er gek genoeg wel open over en dat gaf soms leuke reacties. Zo mocht ik een keer toen mijn tv op instorten stond bij een collega zijn ouders een tv ophalen. Gratis. Zij hadden een nieuwe gekocht en omdat hij bekend was met mijn verhaal dacht hij meteen aan mij. Ik heb mij na het begin van het traject wel voorgenomen om na het traject nooit meer in financiële problemen te komen!

Mentale problemen
Wat ik door al deze problemen, en door een zoon die ieder weekend ruzie maakte en mij naar beneden probeerde te halen, had ontwikkeld was een laag zelfbeeld en ook weinig zelfvertrouwen. Ook had ik een angst ontwikkeld om alleen ergens naar binnen te gaan, iets wat ik tijdens buitenland rijden wel altijd deed.

Omdat er geen geld is voor leuke dingen, raak je steeds meer geïsoleerd en wordt die angsten nog meer versterkt.

Met deze mentale problemen ben ik pas aan de slag gegaan nadat het schuldsaneringstraject was afgelopen.

2011 – Laatste loodjes het zwaarste
Over het traject zelf kan ik nog vertellen dat de eerste 1,5 á 2 jaar redelijk snel gaan, maar daarna duurt het laatste jaar voor je gevoel heel lang. Ik weet nog goed dat ik in november 2011 naar de jaarlijkse nacht van de popmuziek zat te kijken en dacht ‘wat een leuk programma’, maar ‘als ik volgend jaar weer zit te kijken, ben ik bijna klaar’. Dat viel heel vies tegen. Dat jaar duurde lang, zeker de donkere periode van november tot april. Echt de laatste loodjes dus. Bovendien krijg je 3 jaar later, dus april 2013, niet meteen weer de beschikking over je eigen salaris. Eerst moet alles nagekeken worden, dus in mijn geval werd dat pas juni.

Juni 2013 – Euforie van eigen geld
In juni 2013 kreeg ik voor het eerst in 3 jaar mijn salaris weer op mijn eigen rekening gestort. Ik kon hier weer vrij over beschikken. Wat een euforisch gevoel was dit! Voor mensen die dit niet meegemaakt hebben, is het volkomen normaal dat je salaris op je eigen rekening wordt gestort, maar ik kon het zelf nog niet geloven. Ik heb hierom nog een tijdje gewacht met het uitgeven van geld, omdat het zo onwerkelijk was. In oktober kreeg ik pas de definitieve bevestiging dat het traject succesvol was afgerond. Hier moest ik wel zelf achteraan bellen. Maar toen was het eindelijk echt zover. Na 20 jaar was ik eindelijk schuldenvrij. Ik hoefde nu niet meer dwangmatig de aanbiedingen in de gratis krantjes door te lezen. Ik weet nog heel goed dat ik een afspraak had in het ziekenhuis, nadat ik het traject succesvol had afgerond, en dat ik gewoon weer een kop koffie en een gevulde koek in het restaurant van het ziekenhuis kon halen. Ik had eindelijk weer de ruimte voor dit soort kleine dingen.

2013 – 2018 – Geen krediet
Ik heb uiteindelijk in die 3 jaar van de €45.000 schuld, ongeveer de helft ingelost. De rest is kwijtgescholden. Doordat het bij mij gedeeltelijk is kwijtgescholden, krijg je bij het BKR de code A3. Deze code blijft 5 jaar staan. Dit houdt in dat je in deze 5 jaar niks kunt doen wat met krediet te maken heeft. Dus ook geen nieuwe hypotheek of een creditcard. Wat soms erg vervelend was, want tegenwoordig heb je bij veel hotelboekingen een creditcard nodig.

Oktober 2018 – Einde codering
In mijn geval eindigde de codering pas in oktober 2018. Ik heb vooral in de jaren na de scheiding, globaal gezien van 2007 en 2015, regelmatig gedacht dat ik nooit meer een gelukkig leven kon leiden. Ik noemde dit voor mijzelf ook wel de ‘zwarte jaren’. Uiteindelijk is het toch gelukt om weer een gelukkig leven te leiden, mede dankzij de gemeentelijke schuldsanering en een therapie in 2015 om deze gebeurtenissen een plekje te kunnen geven. Sinds 2018 heb ik weer een nieuwe vriendin leren kennen waar ik het heel leuk mee heb en het huis in Leidschenveen is uiteindelijk in 2020 verkocht voor €310.000. Hiervoor heb ik een knus tweekamerappartement kunnen kopen, in mijn geliefde Leiden. En niet te vergeten heb ik een dochter die, ondanks dit alles, wel gewoon haar hbo-diploma heeft gehaald en nu een leuke baan heeft.

Terugblik – Geld is emotie
Als ik nu terugkijk op deze periode heeft het mijn relatie met geld ingrijpend veranderd. Er wordt vaak gedacht en gezegd ‘het is maar geld’, maar geld is emotie. Zeker als het fout gaat. Dan gaat het alles beheersen en ben je er dagelijks mee bezig. Het is nooit uit je hoofd. Bovendien maakt het ook heel veel dingen stuk. Ook relaties. Bij ons was het niet de enige reden dat onze relatie stukging, maar helpen deed het niet.

Al deze ervaringen hebben mij wel een veel rijper mens gemaakt. Ik kan dat ook weer gebruiken om anderen te helpen en te waarschuwen.

Zelfs een keer bij een collega chauffeur van 29 jaar met een jong gezin die net begonnen was met roodstand bij de bank en een lening bij zijn vader. Ik raadde hem met klem aan om dat zo snel mogelijk op te lossen, nadat ik hem benadrukte dat dit de duurste vorm van lenen is. Ik liet hem zien wat hij per maand hieraan betaalde en hierna heeft hij dit meteen ingelost. Dit is heel belangrijk, want de ellende begint vaak klein, zoals een €1000 euro roodstand.

21 Jaar schulden – Cruciale leermomenten
Verder zijn er mijns inziens twee cruciale momenten in dit verhaal die ik iedereen af zou raden. Dat is uiteraard de autolening in 1992 waar alles mee begon, maar zeker en nog belangrijker was de lening in de hypotheek. Daardoor werd het een tophypotheek en voelde het in beide gevallen daarna als je hoofd in een strop steken die ook nog eens steeds strakker wordt aangetrokken. Bovendien heeft het daardoor 16 jaar geduurd voordat ik ergens weg kon gaan, waar ik vanaf de eerste dag tegen mijn zin in woonde.

Nawoord
Bedankt voor het lezen van mijn verhaal. Ik ben zelf nu vrijwilliger bij SchuldHulpMaatje Den Haag.
Verder wil ik nog iets kwijt over mijn partner in dit verhaal. Zij is uiteindelijk in 2014 als gevolg van haar verslaving overleden. Zij werd slechts 44 jaar. Via dit verhaal wil ik graag meegeven dat verslaving echt een ziekte is. Vaak wordt er gedacht ‘eigen schuld dikke bult’ en ‘waarom stop je niet gewoon’, maar dit is maar ten dele waar. Er is inderdaad altijd een keuze om te stoppen, maar iemand die deze ziekte heeft, zal bij de minste tegenslag terugvallen. Zeker bij een alcoholverslaving zijn er maar heel weinig mensen die hier definitief van afkomen. Zelfs als ze een tijdje clean zijn, blijft de alcoholverslaving en de gedachten aan drank altijd dichtbij. In haar geval had zij graag een beter leven willen hebben. Ik heb haar, ook toen we al uit elkaar waren, regelmatig bezocht en verzorgd. Ook in de diverse afkickklinieken waar zij op dat moment toen in verbleef. Op het laatst, na diverse mislukte trajecten, wist ze niet meer hoe ze eruit moest komen en kon ze dit helaas niet meer.

SchuldHulpMaatje start maatjestraining over laaggeletterdheid

Geplaatst op 28 september 2021

8 september 2021 was het Internationale dag tegen Ongeletterdheid, de dag erna vertelt Rebecca van Bodegom, een enthousiast maatje en klankbord, over haar visie op laaggeletterdheid: “Aandacht voor laaggeletterdheid is heel belangrijk. Wereldwijd, in Nederland, maar juist ook in Den Haag. In onze stad heeft 1 op de 4 mensen moeite met lezen en schrijven.”
Samen met projectcoördinator laaggeletterdheid Heleen Rijkens en directeur Elmar Hommes bedacht ze het programma om maatjes te trainen in het herkennen en begeleiden van laaggeletterde schuldhulpvragers. We blijven schuldhulpmaatje met de extra toerusting dat we binnenkort ook laaggeletterde hulpvragers kunnen helpen. We worden geen taalcoaches. Het programma start deze herfst.

“Wist je dat kinderen tot een jaar of 7 heel makkelijk een (nieuwe) taal leren?”, begint ze haar verhaal. “Jong geleerd is oud gedaan. Taal goed beheersen geeft je direct een voorsprong, dat werkt door in je werk, je inkomen, het opvoeden van kinderen en ook in geldzaken. Van een goede taalbasis heb je heel je leven plezier. Op latere leeftijd moet je er meer moeite voor doen, maar ook dat loont.”

Wat heb jij zelf met taal?

“Als orthopedagoog heb ik met kinderen met een taalontwikkelingsstoornis te maken. Alle ‘ortho’s’ werken aan ontwikkeling die scheefgelopen is weer recht maken. Zo werkt een orthopeed aan verbetering van voeten en de orthodontist aan verbetering van tanden. Ik richt mij op de verbetering van opvoeding en (taal)ontwikkelingsproblemen van (jonge) kinderen. Ik heb een coördinerende rol en voer intakegesprekken met ouders van peuters. Als er een vermoeden is van een taallontwikkelingsstoornis, bijvoorbeeld peuters die niet praten, gaan we direct aan de slag. Ik merk dat we door vroegsignalering bij deze groep kinderen vaak snel kunnen werken aan het verbeteren van hun toekomstperspectief. Ook ouderen die niet taalvaardig zijn, en mede daardoor in de schuld zitten, gun ik hoop op een betere toekomst.”

Wanneer ben je laaggeletterd?

Laaggeletterdheid betekent dat iemand moeite heeft met lezen en schrijven, maar ook met het opzoeken en gebruiken van (digitale) informatie op computers en telefoon. Een volwassene die laaggeletterd is, is geen analfabeet. Een laaggeletterde kan wel lezen en schrijven, alleen niet goed genoeg om helemaal mee te doen in de samenleving.

Laaggeletterdheid in Den Haag

Volgens raadsinformatie is in Den Haag is circa 24% van de volwassen laaggeletterd, dat is beduidend hoger dan het landelijk gemiddelde (12%). Daarnaast zijn de verschillen in de percentages laaggeletterden tussen de stadsdelen in Den Haag groot. In de drie stadsdelen Escamp, Laak en Centrum is het percentage laaggeletterden het hoogst (respectievelijk 38%, 50% en 34%). Het gaat in deze stadsdelen ook om gezinnen met multiproblematiek op het gebied van taalachterstand, armoede, opvoeding en schulden.

Bron: Den Haag in cijfers.

Minder taalvaardig, meer kans op schulden

Uit onderzoek blijkt dat mensen die moeite hebben met lezen en rekenen oververtegenwoordigd zijn in de schuldhulpverlening. Mensen met schulden komen vaak in de problemen met het beheren van hun administratie vanwege onvoldoende taalbeheersing. Lees ook de bijdrage van onderzoeker Martijn Keizer.

Hoe signaleer je nu dat iemand iets niet of niet goed kan?

“Mensen die analfabeet zijn, zijn vaak kampioen omzeilen, is mijn ervaring.” Ze vinden het niet prettig om hierover te praten en hebben allerlei foefjes ontwikkeld om zelf niet te hoeven lezen en schrijven. Bijvoorbeeld:

Lees foefjes…

  • Wil jij dat voor mij voorlezen?
  • Ik heb mijn bril niet bij me
  • Dit handschrift is onleesbaar

Schrijf foefjes

  • Ik vul thuis dat formulier wel in
  • Ik schrijf slordig, wil jij helpen?
  • Geen hoofdletters, punten of komma’s gebruiken

Opzoekvaardigheden

  • Ik ben niet zo handig met computers
  • Hoe werkt dit internetpagina/mailprogramma nu
  • Ik heb geen emailadres

Overigens gaat het niet alleen om taal, maar ook met rekenen en klokkijken. “Ik sprak pas met iemand af om 16.00 uur. Ze kwam een uur te vroeg in de veronderstelling dat ze precies op tijd was. Te laat of te vroeg komen is ook een kenmerk.”

Hoeveel moet je begrijpen van taal om je financiën op orde te hebben?

“Best veel”, denkt Rebecca. “In het programma gaan we maatjes zelf laten ervaren hoe veel je moet weten van mondelinge taal. Wat als je taal niet begrijpt? Hoe communiceer je dan met iemand? Hoe organiseer je je geld? Wat gebeurt er dan met je?”


Wat kunnen de Haagse maatjes verwachten van het trainingsprogramma?

“Doel van het programma is dat we laaggeletterde hulpvragers net zo goed gaan begeleiden als niet niet laaggeletterde hulpvragers. We zetten eerst in op bewustwording. Hoe is het om laaggeletterd te zijn en schulden te hebben in Nederland? Daarna gaan we maatjes trainen in het herkennen en begeleiden. Hoe herken je laaggeletterdheid bij een hulpvrager met schulden en wat dat betekent voor de begeleiding? Er komen 2 workshops (o.a. met Martijn Keizer). Ook willen we de banden met andere Haagse organisatie die hiermee bezig zijn aanhalen en hun uitnodigen samenwerking op te zoeken. Het programma loopt in 2021/2022. In de volgende nieuwsbrieven zullen we het onderwerp geregeld terug laten komen door interviews met maatjes en partners.”

Verder lezen over laaggeletterdheid:

  • Stichting Lezen & Schrijven gaat in op het belang van herkennen en begeleiden van laaggeletteerden.
  • Stichting Doe Weer Mee is een ketenpartner waar maatjes naar door kunnen verwijzen als hulpvragers een cursus zoeken om beter te leren lezen, schrijven of rekenen.
  • Via schulddienstverlening kan doorverwezen worden naar een taaltraject. Het Expertisecentrum ETV.nl ontwikkelt een online cursusprogramma over budgetteren voor laagopgeleide en laaggeletterde volwassenen.
  • Factsheetrapportage over regionale laaggeletterheid in Den Haag ontwikkeld in opdracht van Gemeente Den Haag. 

Lezen is niet begrijpen: de invloed van beperkte leesvaardigheid op het omgaan met financiële problemen

Geplaatst op 28 september 2021

Dit artikel is een bijdrage van Martijn Keizer, onderzoeker consumentengedrag aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Martijn Keizer

Een paar jaar geleden kreeg ik bij een overleg met een groep klantmanagers bij een schuldhulpverlener de vraag of er wetenschappelijk onderzoek was naar het verband tussen leesvaardigheid en financiële problemen. Ik ging op zoek, maar kon maar weinig bruikbare informatie vinden. Dat vonden de klantmanagers vreemd; zij hadden geen hard bewijs, maar hadden samen het idee dat onder hun cliënten leesvaardigheidsproblemen erg vaak voorkwamen.

Het onderzoek draait om de vraag:
Is er verband tussen leesvaardigheden en financiële problemen?

Deze observatie, en het gesprek dat we daarover hadden, vormden het begin voor het onderzoeksproject Lezen is niet Begrijpen, een project van de Rijksuniversiteit Groningen, gerechtsdeurwaardersbureau Syncasso BV, schuldhulpverleningsorganisatie Kredietbank Nederland en Stichting Lezen & Schrijven. Over de uitkomsten van dit project wil ik graag meer vertellen.

Hoe staat het met laaggeletterdheid in Nederland?
Om de context van dit onderzoeksproject duidelijk te maken is het goed om eerst kort in te gaan op leesvaardigheidsproblemen in de hele Nederlandse bevolking. In vergelijkbaar onderzoek wordt meestal het concept laaggeletterdheid gebruikt. Laaggeletterdheid is een term voor mensen die moeite hebben met lezen, schrijven en/of rekenen. Mensen die laaggeletterd zijn kunnen wel lezen en schrijven, maar beheersen deze vaardigheden niet op taalniveau 2F, een niveau dat overeenkomt met het eindniveau van het vmbo of mbo-niveau 2/3. Dit is het niveau dat door de overheid wordt gesteld als minimum om volwaardig aan de maatschappij te kunnen deelnemen. In Nederland gaat het in totaal om een groep van 2,5 miljoen volwassenen die moeite hebben met taal en/of rekenen, waarvan er ruim 1,9 miljoen moeite hebben met taal (Algemene Rekenkamer, 2016; peildatum 2012).

Dit betekent dat ongeveer 18% van alle Nederlanders als laaggeletterd wordt aangeduid.


Relatie tussen laaggeletterdheid en financiële problemen
Het doel van het eerste deel van het onderzoek was om te achterhalen hoe groot het percentage laaggeletterdheid zou zijn onder mensen met financiële problemen. Op basis van eerder onderzoek mag verwacht worden dat het percentage laaggeletterden onder mensen met financiële problemen hoger ligt dan gemiddeld. Zo laten Christoffels, Baay, Bijlsma en Levels (2016) zien dat langdurige armoede en afhankelijkheid van uitkeringen onder laaggeletterden veel vaker voorkomen dan onder niet-laaggeletterden en tonen Houtkoop, Allen, Buisman, Fouarge en Van der Velden (2012) aan dat laaggeletterden over het algemeen een zwakke inkomenspositie hebben. Deze onderzoeksuitkomsten suggereren dat laaggeletterdheid vaak samengaat met een zwakke financiële positie, en daarmee waarschijnlijk ook met financiële problemen.

Testen met de Taalmeter
Om te testen of dit inderdaad zo is in dit onderzoek aan groepen klanten van Kredietbank Nederland en Syncasso de Taalmeter voorgelegd. Dit is een testinstrument om leesvaardigheidsproblemen op te sporen. De klanten die deze Taalmeter invulden, kregen als uitkomst een score en een daaraan gekoppelde conclusie over hun leesvaardigheid. Klanten die op basis van hun score mogelijk leesvaardigheidsproblemen hebben, kregen als uitkomst een ‘indicatie laaggeletterdheid’. Tot onze schrik kreeg van de 557 deelnemers aan de Taalmeter maar liefst 50,3% een indicatie laaggeletterdheid als uitkomst. Een enorm verschil met de gehele Nederlandse bevolking, waarin ‘slechts’ 18% als laaggeletterd wordt aangeduid. Deze uitkomst toont aan dat laaggeletterdheid veel vaker lijkt voor te komen onder mensen met financiële problemen. Hieruit volgt dat organisaties die zich op deze groep richten rekening moeten houden met mogelijke leesproblemen in hun doelgroep.

Financiële problemen komen bij de helft van de laaggeletterden voor in het onderzoek van Martijn.

Impact leesvaardigheid op financiële problemen
Het tweede deelproject richtte zich op de impact van leesvaardigheidsproblemen op de omgang met financiële problemen. Om een beeld te krijgen van de manier waarop een beperkte leesvaardigheid de omgang met financiële problemen beïnvloedt, is een serie groepsgesprekken opgezet waaraan klanten van Kredietbank Nederland deelnamen. Dit waren allemaal klanten die in het eerste onderdeel van het onderzoek een ‘indicatie laaggeletterdheid’ als uitkomst van de Taalmeter hadden gekregen. Tijdens deze groepsgesprekken werd uitgebreid gesproken over de rol van leesvaardigheidsproblemen bij de omgang met financiële problemen. Dit gebeurde in twee stappen: eerst werden de moeilijkheden die een beperkte leesvaardigheid veroorzaakt besproken, gevolgd door mogelijke oplossingen om de omgang met financiële problemen gemakkelijker te maken.

Barrières
De belangrijkste problemen die werden benoemd door de deelnemers aan de gesprekken staan in de figuur hieronder. De bovenste problemen in de figuur, Schaamte en Gebrek aan controle, zullen heel herkenbaar zijn: deze problemen spelen bij heel veel mensen met financiële problemen, met of zonder leesvaardigheidsprobleem.

De problemen daaronder zijn specifieker voor mensen die moeite hebben met lezen. De eerste twee, Moeite met tekstbegrip en Moeite met schrijven, liggen voor de hand: als je niet goed kunt lezen en/of schrijven maakt dat het moeilijker om bijvoorbeeld documenten te begrijpen en formulieren in te vullen. Dat leidde er volgens deelnemers vaak toe dat processen langer duurden omdat verkeerd ingevulde formulieren niet verwerkt werden of omdat ze niet begrepen wat er precies van hen werd verwacht en daarom niet op de verwachte manier reageerden.

Hier zaten twee andere barrières aan vast die ook vaak werden genoemd: een ervaren Gebrek aan ondersteuning en het Gevoel dat er te veel verwacht wordt. De deelnemers gaven, soms op boze toon, aan dat er bij schuldhulpverleners maar weinig begrip voor en interesse in hun leesprobleem leek te zijn.

Mogelijke oplossingen
Met meer begrip en een beetje hulp (bijvoorbeeld samen een formulier invullen in plaats van het opsturen, een vaste contactpersoon aanstellen die gebeld kan worden als er iets onduidelijk is) zou het volgens de deelnemers gemakkelijker worden voor mensen met een leesprobleem om hun financiële problemen op te lossen.

Naast een vaste contactpersoon en hulp bij het invullen van formulieren werd door de deelnemers ook sterk benadrukt dat teksten leesbaarder gemaakt moeten worden. Hierdoor kunnen brieven en e-mails beter begrepen worden.

Zo leidt een gebrek aan tekstbegrip minder vaak tot problemen bij de omgang met financiële problemen. Bij deze oplossingsrichting passen de volgende concrete aanbevelingen van deelnemers om brieven en e-mails begrijpelijker te maken:

  1. Gebruik simpele woorden
  2. Schrijf korte, eenduidige brieven
  3. Gebruik pictogrammen ter ondersteuning van de tekst
  4. Bied een duidelijke structuur aan

Opvallend aan deze suggesties is de overlap die ze vertonen met suggesties die voortgekomen zijn uit ander onderzoek naar het verbeteren van de leesbaarheid van geschreven taal. Deze overeenkomsten versterken de suggesties van de deelnemers, omdat ze laten zien dat de ideeën die uit de focusgroepen voortgekomen zijn, ook breder door experts gedragen worden.

Een tweede richting is het aanpassen van de dienstverlening van organisaties. Deelnemers aan de focusgroepen gaven verschillende manieren aan waarop organisaties hun dienstverlening zouden kunnen aanpassen om zo mensen met leesvaardigheidsproblemen beter te faciliteren. Deze suggesties kunnen samengevat worden in drie verschillende aanbevelingen:

  1. Ondersteuning aanbieden en individueel contact stimuleren
  2. Bij individueel contact ingaan op de situatie van het individu
  3. Wegnemen van stressverhogende factoren bij contact over schulden

Opvallend aan deze tweede oplossingsrichting is dat de deelnemers aanpassingen in de dienstverlening zowel zoeken in het vergroten van de aandacht voor leesvaardigheidsproblemen onder medewerkers van organisaties als in het concreet aanpassen van de manier waarop organisaties communiceren. De gesuggereerde aanpassingen in de dienstverlening zijn niet alleen praktisch van aard; de behoefte om serieus genomen te worden als persoon met een belangrijk probleem komt ook duidelijk naar voren.

Tips voor schuldhulpverleners
Voor mensen die in de schuldhulpverlening actief zijn zitten hier belangrijke suggesties in. De groepsgesprekken gingen vooral over het formele traject van een schuldhulpverleningsorganisatie, maar ook voor informele hulpverleners zitten er belangrijke suggesties in. Een van de belangrijkste is om problemen te bespreken en vervolgens hulp aan te passen op de behoefte van de cliënt.

Belangrijke tip: maak problemen (indirect) bespreekbaar en pas daarna de hulp
aan op de behoefte van de hulpvrager.

Dat kan spannend zijn – door het taboe dat rond leesvaardigheidsproblemen hangt is het niet gemakkelijk om iemand zomaar te vragen of hij/zij eigenlijk wel kan lezen. Maar door dat indirecter te bespreken, bijvoorbeeld door te vragen of het invullen van een formulier wel lukt of door zelf aan te bieden daar wel even mee te kunnen helpen, kan het onderwerp bespreekbaar gemaakt worden. Dit maakt de samenwerking daarna een stuk duidelijker.

Meer informatie over dit onderzoeksproject en de uitkomsten is te vinden op www.lezenisnietbegrijpen.nl

Jongeren met schulden krijgen hulp van SchuldHulpMaatje Jong

Geplaatst op 19 augustus 2021

Gelukkig kunnen Juliette Wareman en Kwint Havermans het goed met elkaar vinden. Zo vinden ze het leuk om samen af te spreken op kantoor om “eerst eindeloos te lullen over van alles en daarna praktische zaken te bespreken”. De uitdrukking: “geen twee kapiteins op één schip”, lijkt dan ook niet op te gaan als het gaat om de coördinatie van project Jong binnen SchuldHulpMaatje Den Haag. Voor dit artikel ging maatje Mandy digitaal in gesprek met Juliette over Jong.

Kwint en Juliette

Juliette werkt fulltime als advocaat en begeleidt naast het coördinatorschap zelf jongeren. Dat is best druk: “Ik zou graag 30 uur in een dag willen”. Juliette is ooit begonnen bij SchuldHulpMaatje Utrecht, omdat ze het miste bezig te zijn met mensen zonder een commercieel doel en kwam na een verhuizing terecht bij locatie Den Haag, de stad van haar jeugd. Samen met Kwint, die ook een fulltimebaan heeft en tevens een jongere begeleidt, ondersteunen zij sinds 2020 de maatjes bij hulpvraagtrajecten van jongeren tot 27 jaar. Beiden zijn gepassioneerd over het werk bij SchuldHulpMaatje: “We proberen mensen weer in staat te stellen om de moeilijke dingen te kunnen hanteren, zoals een gezonde financiële huishouding en zelf uit problemen te raken. Wij geloven er heel erg in dat dit ons doel is en voeren veel gesprekken over hoe we dit bij jongeren teweeg kunnen brengen.

Jong
Ongeveer driekwart van de jongeren heeft problemen met het omgaan met geld, budgetteren en op tijd betalen van rekeningen. In 2016 is SchuldHulpMaatje Den Haag daarom gestart met het project Jong. Maatjes worden dankzij een extra trainingsdag klaargestoomd om jonge hulpvragers te begeleiden bij financiële problemen. Juliette: “Zo’n extra trainingsdag is goed om te leren wat er in jongeren om gaat.”

Alle aanmeldingen van jongeren tot 27 jaar worden direct doorgestuurd naar de coördinatoren van Jong. Kwint en Juliette voeren zelf het eerste gesprek met de jongeren: “Een uitdaging is onze fulltimebaan, maar we willen graag dat als een jongere zich aanmeldt dat één van ons diegene opbelt, zodat er direct contact is en wij bedenken welk maatje het beste bij de jongere past. Elke stad doet dit anders. Bij Jong Den Haag willen we de lijntjes graag zo kort mogelijk houden. Jongeren moeten hun aandacht over heel veel dingen verspreiden, dit helpt om ze aangehaakt te krijgen.”

Maatjes zijn het hart van Jong
De Jong-maatjes hebben veel geduld, extra affiniteit met jongeren en een groot hart voor jongeren. Het verbaast mij hoeveel je als maatje op je gevoel doet en hoe persoonlijk je wordt met iemand die je niet goed kent. Ik vind het heel knap als je 21 bent en je durft vreemde mensen te bellen om hulp te vragen. Als je iemand dan een stukje verder kunt helpen is dat hoopvol, ook als iemand na een tijd afhaakt.” Wat Juliette altijd aan haar maatjes meegeeft is: “De twee pijlers: let op dat je niet gaat adviseren, maar naast de jongeren blijft staan en jongeren haken vrij makkelijk af, dus wees niet te snel ontmoedigd, maar bedenk nieuwe manieren om de deur altijd open te houden. Maatjes doen dit in hun vrije tijd en die wil je toch een hart onder de riem steken.”

Verschillen
Hele grote verschillen tussen Jong en de reguliere hulpvragen zijn er volgens Juliette niet: “Wat je doet is hetzelfde, de manier waarop is net wat anders. Het grootste verschil is namelijk dat jongeren meer om advies vragen. Jongeren weten vaak niet wat het is om een financiële huishouding te hebben. De hulpvrager is dan ook eerder geneigd volgzaam te zijn. Het is een valkuil voor ons als coördinatoren en maatjes om niet te adviseren, maar juist naast een jongere te gaan staan en diegene zelf dingen te laten doen. Verder zitten er in de werkzaamheden niet zoveel verschillen, het is roeien met de riemen die je hebt. Het mooie aan jonge mensen is dat zij het gevoel hebben dat het leven nog maakbaar en veranderbaar is. Zij hebben vaak de grootste plannen. Dat geeft je energie om iets aan te pakken, maar het risico is dat zij de handdoek in de ring gooien als zij merken dat zo’n traject eigenlijk kneiter zwaar is. Als je jong bent is het lastiger om teleurstellingen telkens weer te incasseren. Hierdoor haken jongeren wel eerder af.” Jonge hulpvragers komen wel sneller op een later moment weer terug legt Juliette uit, maar de deur blijft altijd open bij Jong.

Coördinatorschap
Je moet zeker niet te veel credits aan Kwint en mij toeschrijven. Maatjes doen het zelf gewoon super goed. We kijken af en toe mee in ons hulpverleningssysteem, appen hoe het gaat, proberen mee te denken en te sparren met maatjes.” Op mijn vraag hoe Juliette denkt dat de maatjes de begeleiding van haar en Kwint ervaren en wat ze over haar zullen zeggen, geeft ze aan: “Ik hoop dat ze dat juist niet zo zien. Ze zijn bezig met een traject en onze taak is dat makkelijker te maken. Dus als zij zich er heel bewust van zijn hoe wij dat doen, doen we dat niet heel goed. Hoe minder ze ons zien, hoe beter een traject gaat en hoe beter wij het doen. We doen het met veel plezier en zijn altijd op zoek naar hoe we dingen makkelijker kunnen maken. Hoe kan de energie van maatjes zoveel mogelijk naar de begeleiding van hulpvragers gaan en minder naar obstakels. Zo weinig mogelijke administratieve rompslomp. Je moet wel de organisatie op orde zien te krijgen, maar we zoeken naar de beste balans hierin. Elmar heeft dit goed opgepakt als directeur. Wat ze over ons zouden zeggen weet ik eigenlijk niet maar ik ben daar wel heel benieuwd naar. Ik zou graag horen hoe de maatjes over onze begeleiding denken, positief of negatief.”

Naast de begeleiding van Jong-maatjes, de intake gesprekken met hulpvragers en begeleiding van een hulpvrager, plannen Juliette en Kwint maatjesavonden in, werken zij aan de samenwerking met andere organisaties en bedenken ze plannen voor de toekomst.

Samenwerking
Het helpt als je ergens langere tijd bij betrokken bent. We zijn druk bezig om te bekijken op welke partijen we een beroep kunnen doen. We werken onder andere samen met ROC Mondriaan, Jeugdbescherming en met JIP. Maar wat als iemand psychische problemen heeft bijvoorbeeld, hoe kun je daarbij helpen? Wij doen dit nu een jaar, dus zoveel mensen kennen wij nog niet. Wel hebben we regulier overleg met Parnassia om de dingen die wij tegenkomen bij maatjes of hulpvragers die meer op het gebied van Parnassia (hulp bij psychiatrische problemen voor (jong)volwassenen en mensen psychotische aandoeningen) liggen met ze te bespreken. Om zo te zorgen dat een hulpvrager met psychische problematiek niet bij ons blijft hangen. Je kunt er veel mee winnen als iedereen die zich graag wil inzetten voor jongeren zoveel mogelijk weet van elkaars bestaan.

Toekomst Jong
Een blik in de toekomst: “Er zijn veel meer jongeren met problematische schulden in Den Haag dan we nu bereiken. Omdat we al veel hulpvragers hebben, in verhouding tot het aantal Jong-maatjes, kunnen we nu niet op zoek naar meer hulpvragers. Maar als wij meer fondsen hebben en meer maatjes kunnen opleiden, dan willen we echt kijken, wie missen we nu nog? We proberen zoveel mogelijk jongeren te helpen, maar er zijn groepen die je nog niet bereikt. Hoe lukt dat wel?”
Juliette en Kwint hopen in de toekomst meer jongeren te kunnen helpen door onder andere de naamsbekendheid van SchuldHulpMaatje te vergroten en via opleidingen jongeren te bereiken. Ook hopen zij meer samenwerkingen aan te kunnen gaan om jongeren zo nog beter te kunnen helpen.  

Als laatste een oproep namens Juliette en Kwint: meld je aan en wordt jongerenmaatje!

Handige tips om ‘geldfit’ te worden voor jongeren met en zonder schulden is de site Moneyfit.nl.

Auteur Mandy

Interessante andere jong & schulden artikelen:

Je wordt 18 en ineens financieel verantwoordelijk
Bijdrage van Robert Modderman, Jeugdbescherming

Pilot leerlijn ‘Grip op je Geld’ heeft grote potentie bij preventie van schulden
Bijdrage van Joost Brouwer, ROC Mondriaan

Leer Kwint beter kennen
Bijdrage aan de maatje SelfieReflectie door Kwint Havermans

Je wordt 18 en ineens financieel verantwoordelijk

Geplaatst op 18 augustus 2021

SchuldHulpMaatje Den Haag nodigt experts uit om hun vakkennis te delen met de Haagse maatjes en te bloggen over actuele onderwerpen, inspirerende cases, of tips. Deze keer is dat Robert Modderman, gedragswetenschapper. Hij werkt bij Jeugdbescherming west.

Hoe ingewikkeld is het, je wordt 18 en je moet alles zelf gaan regelen. Alles komt op je af: het regelen van een zorgverzekering, huurtoeslag, boodschappen, belasting, verzekering, school, studiefinanciering. En naast dat geregel moet je ook enig inzicht hebben in wat de waarde en betekenis van geld is. Het is fijn als je daarbij dan hulp van je ouders of andere volwassenen krijgt om de juiste keuzes te leren maken. Jongeren die wij in de jeugdbescherming begeleiden, hebben die mogelijkheid vaak niet.

Robert Modderman

OV automatisch opladen
“Ik heb een ov-kaart met automatisch opladen. Dus wat de trein kost maakt niet uit, want mijn ov-kaart laadt automatisch weer op.” Dit is wat een zeventienjarige pupil tegen me zei toen ik vertelde wat de reiskosten zouden zijn die hij ging maken door elke dag naar zijn vriendin heen en weer te reizen. Zijn vriendin woonde aan de andere kant van het land dus hij moest hier per dag ongeveer 40 euro voor betalen. Het lukte niet om in te zien dat automatisch opladen en gratis reizen niet hetzelfde is. Het gaat toch automatisch, was zijn gedachte. Hiermee had hij voordat hij het wist een schuld van 300 euro bij de NS opgebouwd.

Geldzaken vanaf 18 jaar
Binnen de jeugdbescherming hebben we vaak te maken met jongeren die 18 worden. Deze jongeren groeien op in pleeggezinnen, gezinshuizen of complexe thuissituaties. Wanneer een kind 18 wordt, is er niet langer iemand die de voogdij over het kind heeft. Dit betekent dat het kind zelf verantwoordelijk is voor de keuzes die hij of zij zelf maakt. En dat zijn dus ook financiële keuzes. Als gedragswetenschapper binnen de jeugdbescherming zie ik helaas dat de kinderen die 18 worden en niet meer onder jeugdzorg vallen, helemaal niet de tools hebben om financieel verantwoordelijke keuzes te maken. Ook is er vaak onvoldoende begeleiding voor deze jongeren om hier keuzes in te maken.

Zorgverzekering
Zo heb ik samen met een jongere gezeten voor een zorgverzekering. Ik heb hem daarbij alles zelf laten uitzoeken om zijn zelfredzaamheid te vergoten. Dit konden we nog in gang zetten voor hij 18 werd en hierdoor kon ik hem door het proces heen loodsen. Deze jongen is nu 18 en heeft een goede verzekering. Ik vraag me echter af of hij in de toekomst verzekeringen gaat vergelijken. Door de vergelijking te maken, kan hij tenslotte veel geld besparen. Begeleiden in dit proces kan niet meer, want hij valt niet meer onder de jeugdzorg nu hij 18 jaar is.

Te vroeg loslaten
Het Nibud zegt: “Gebrekkig financieel beheer, financiële onwetendheid en geen behoefte hebben om te sparen en vooruit te plannen, vergroten de kans op financiële problemen.” De jeugdzorg is nu zo ingericht dat een kind zelf zijn geldzaken moet regelen als hij 18 is.  Veel van de kinderen die 18 worden zijn hier echter nog niet aan toe. We moeten deze kinderen wat mij betreft nu te vroeg loslaten. Veel kinderen die we begeleiden hebben bijvoorbeeld moeite met een opleiding, maar ze hebben veel minder moeite met het aanvragen van studiefinanciering. Ze overzien hierin niet dat ze een schuld aangaan bij de DUO wanneer ze hun opleiding niet afmaken. Daarbij wordt ook verwacht dat ze bijvoorbeeld een belastingaangifte of het aanvragen van toeslagen allemaal zelf kunnen. Processen die soms een beetje handigheid en begeleiding vragen en waar je problemen in kan krijgen wanneer die niet goed worden doorlopen.

Jong en schuld
Kinderen en jongeren maken daarbij soms al schulden vóórdat ze 18 zijn. Hoe goed je als jeugdbeschermer of jeugdzorgwerker ook je best doet om dat te voorkomen. Je kunt bijvoorbeeld niet voorkomen dat een pupil een extra ov-kaart aanschaft. Ik heb hierover gebeld met de NS: hoe kon het gebeuren dat zij zomaar een minderjarige een ov-kaart met automatisch opladen hebben verschaft? Maar de NS nam geen verantwoordelijkheid. Er moest binnen een week betaald worden, want anders zou er een deurwaarder op de stoep staan. Gelukkig hebben we de schuld vanuit jeugdbescherming kunnen aflossen en is de schuld niet meegenomen in het volwassen leven van de jongen. Inmiddels heeft hij een baan in een supermarkt en zorgt hij voor zijn eigen inkomen. Een eigen inkomen waar hij inmiddels op een volwassen manier mee om kan gaan. Het is ontzettend belangrijk dat we ons inzetten als maatschappij voor de juiste financiële begeleiding voor kinderen en jongeren. We kunnen ze op zoveel mogelijk voorbereiden, maar we moeten ze vervolgens niet zonder bandjes het diepe in gooien.

Robert Modderman
Gedragswetenschapper, Jeugdbescherming west

Pilot leerlijn ‘Grip op je Geld’ heeft grote potentie bij preventie van schulden

Geplaatst op 18 augustus 2021

In het schooljaar 2020-2021 startte ROC Mondriaan met de pilot leerlijn Grip op je Geld. Het lespakket is zo speciaal en uniek omdat de studenten tien weken lang lessen volgen die gaan over de zelfredzaamheid op financieel gebied. De leerlijn bestaat uit theorie en een bijbehorende (online)game. Nederlands, rekenen en burgerschap zijn onderdeel van het spel. Joost Brouwer, Adjunct-schooldirecteur School voor Entreeopleidingen van ROC Mondriaan Haaglanden, vertelt aan SchuldHulpMaatje Den Haag over het succes van de leerlijn en de rol die maatjes zouden kunnen hebben bij schuldhulp educatie.

Wij verzorgen opleidingen op niveau aan studenten tussen de 16 jaar tot soms wel 60 jaar oud in de regio Haaglanden. De voorwaarde om deel te kunnen nemen aan een opleiding van onze school is dat je nog geen voortgezet onderwijs diploma behaald hebt. Het grootste gedeelte van de huidige doelgroep zit in de leeftijdsgroep 16 t/m 27 jaar. Ik heb de eer om voor deze doelgroep, in samenwerking met ongeveer 100 collega’s, opleidingen te mogen verzorgen. Belangrijk is hierbij ons motto ‘Relatie voor prestatie’. De docenten zijn echt bezig om deze doelgroep te ‘empoweren’ om weer tot leerprestaties te kunnen komen.

Financiële keuzes
Ondanks de beste bedoelingen van ons team, komt het wel eens voor dat een student toch uitvalt. Dit willen we natuurlijk absoluut niet. Na onderzoek is gebleken dat de vaak aangedragen reden hiervoor financiële problemen zijn. Ik vind dat wij binnen het onderwijs een belangrijke taak hebben om studenten te doceren over het maken van de juiste financiële keuzes. In de preventiefase dienen wij het gesprek aan te gaan met studenten om hen bewuster te maken van het omgaan met geld.

Leerlijn met game
Veel scholen zetten hiervoor lessen in, maar bij onze zoektocht naar mogelijk in te zetten lessen ontdekten wij dat het hier vaak gaat om een eenmalige les en geen structurele aandacht voor financiële educatie. Daarnaast is de les vaak gericht op het voortgezet onderwijs en niet specifiek op onze doelgroep. Daarom hebben we in samenwerking met Rabobank regio Haaglanden en &ranj (gamedesign) een leerlijn met een online spel ontwikkeld dat we afgelopen schooljaar getest hebben in twee klassen. Dit is erg succesvol gebleken. De reacties van de studenten waren zeer positief. Zodoende gaan we aankomend schooljaar dit lespakket en spel inzetten bij acht klassen.

Preventie in schuldhulp
Bij de pilot afgelopen schooljaar bleek daarnaast dat door de leerlijn geldproblematiek eerder herkend wordt en er dus ook eerder actie mogelijk is. Hier komt natuurlijk SchuldHulpMaatje in beeld. Hoe mooi zou het zijn dat deze jongeren, via de hulp van een maatje, zaken op orde krijgen en zo succesvoller kunnen zijn in hun opleiding en in de maatschappij? Daarnaast heb ik met Elmar Hommes gesproken om mogelijk te participeren bij enkele lessen om zo studenten te laten zien welke mogelijkheden er zijn als ze in de problemen komen. Hier zien we samen veel meerwaarde in en we onderzoeken nu hoe we dit voor schooljaar 2021-2022 gaan vormgeven. Ik ben hier echt enorm blij mee!

Grip op je Geld ambassadeurs gezocht
Het lespakket en de game is voor eenieder vrij in te zetten, maar het gebruik van Grip op je Geld is niet gratis, ondanks dat het geen geld kost voor deelnemers. Voor het gebruik van Grip op je Geld gelden namelijk de volgende voorwaarden:

  • Leerlijn en spel zijn geschikt voor de doelgroep waar je mee werkt
  • Leerlijn en spel worden beide aangeboden
  • De leerlijn wordt geïntegreerd in de algemene vakken van de school
  • De school neemt deel aan het leernetwerk Grip op je Geld
  • Naar buiten toe treedt de school op als ambassadeur van Grip op je Geld

Mocht je interesse hebben in de leerlijn of vragen hebben over onze opleidingen, schroom niet en neem contact met mij op!

Joost Brouwer
Adjunct-schooldirecteur School voor Entreeopleidingen
ROC Mondriaan

j.brouwer1@rocmondriaan.nl
06-21405942

Waarheidsvriend

Geplaatst op 7 juli 2021

Hulpvrager Zeljko is goed voorbereid. Voor hem ligt een stapel papiertjes met aantekeningen. Hij draagt zijn mondkapje half op zijn gezicht. Het raam staat open voor de frisse lucht. Voor maatje Lauri staat een opengeklapte laptop. We blikken in het kantoor van SchuldHulpMaatje Den Haag met elkaar terug op het schuldhulpvraag traject dat ze samen doorliepen.

“Lauri is rustig, optimistisch, heeft veel ervaring en een groot hart”, begint de Servische Zeljko (66 jaar) zijn verhaal terwijl hij ons een ogenblik guitig aankijkt, “en ze is natuurlijk een hele mooie vrouw.” We schieten in de lach. Het ijs is direct gebroken. “Het mooiste compliment dat jij mij eerder gaf, vind ik dit”, zegt Lauri en ze leest vanaf haar laptop een mailtje van Zeljko voor: “Jij bent mijn waarheidsvriend.”

Lauri (l) en Zeljko (r)

Geldproblemen

Zeljko en Lauri maakten in juni 2017 voor het eerst kennis. “Ik ben in het verleden te goed van vertrouwen geweest. Het was pure pech dat ik in geldproblemen kwam in 2002. Ik was niet scherp,” vertelt hij. “Mijn vertrouwen in mensen heeft veel schade opgelopen. Eerst door de relatie waardoor ik in geldproblemen kwam, later door de slechte ervaringen met de bewindvoerder. Ik vertrouwde niemand meer. Ik heb 16 jaar in de schulden gezeten en ben nu 1,5 jaar schuldenvrij.”

Veel impact
Een schuld beheerst heel je leven volgens Zeljko: “Je staat er mee op en je gaat er mee naar bed. Zelfs zo dat je er ziek van kan worden en allerlei medische problemen krijgt. Achteraf gezien heb ik te lang alleen iets aan die schuld proberen te doen. Gelukkig heb ik altijd een baan gehad en een salaris. Op het moment dat ik Lauri voor het eerst sprak, zat ik in de put. Ik wilde zelf keuzes kunnen maken. Ik was het vertrouwen in mijn bewindvoerder kwijt. Er zijn vast ook goede bewindvoerders, maar deze was slecht. Ik wilde er zo snel mogelijk vanaf. Dat was mijn doel. Mijn advocaat kende SchuldHulpMaatje Den Haag en adviseerde me om daar hulp te vragen.”

Grote dag

Zeljko denkt nog wel eens terug aan dat eerste moment toen het hulptraject met zijn maatje begon. Hij had een intakegesprek met Lauri en de projectmanager en vertelde hun direct over zijn eerst doel; stoppen met het bewind.
De grootste dag in het hulpvraagtraject was voor hem dan ook het moment dat hij naar de rechtbank ging om te vragen of de rechter het bewind kon beëindigen. Hij had toen heel slecht geslapen. “Gelukkig ging Lauri met mij mee. Dat was heel prettig want ik was op van de zenuwen,” herinnert hij zich.

Dankbaar
Het hulpvraagtraject is afgerond in 2019, toen was Zeljko schuldenvrij. Om de week hadden ze contact. “Lauri heeft mij met alles geholpen. Ik ben haar daar heel dankbaar voor,” zegt hij.  “Nee hoor”, zegt Lauri, “je hebt het zelf gedaan. Stap voor stap. Ik gaf je tips over hoe dingen werken, adviseerde je hoe je een brief moest schrijven en deed het nodige vertaalwerk. Ik was een coach voor je. Jij was zelf gemotiveerd en zette door.”

Boos
Ze waren het ook wel eens oneens. Zeljko is temperamentvol, dat zit in de cultuur van zijn geboortestreek en in zijn aard. “Op een keer was hij boos. Hij wilde opnieuw een rechtszaak voeren. Ik wilde hem daar niet bij helpen, want ik stond er niet achter. Zo werkt het hier niet. Hier praten we dingen uit,” zegt Lauri. “Dat klopt”, beaamt hij, “hier is het anders.”

Terugblik op een leven

Zeljko deelt zijn leven op in drie stukken:

1. Zijn leven voor de oorlog. Dat was het mooiste deel.

2. Zijn leven tijdens de oorlog. Dat was vreselijk. Gewone mensen willen geen oorlog.

3. Zijn leven in Nederland.

Hij woont nu 27 jaar in Nederland en heeft een latrelatie met Maria. Zijn ex-vrouw en dochter wonen in Servië. Nu hij 66 is geworden is het tijd om na te denken wat hij verder wil. Blijft hij hier of gaat hij terug naar Kroatië/Servië? Het kriebelt. Al die jaren is hij zijn dochter – die sinds haar geboorte epilepsie heeft – wel financieel blijven ondersteunen, maar hij heeft haar niet veel gezien.

Papierwerk
Het papierwerk dat komt kijken bij het bereiken van de AOW- en pensioenleeftijd baart hem nu zorgen. “Gaat alles wel goed?”, vraag hij zich af. Hij is blij dat hij Lauri vandaag weer ziet en dat ze hem tips geeft hoe hij dit het beste kan aanpakken. “Zij blijft mij helpen.”

Tips voor SchuldHulpMaatje

Of Zeljko nog tips heeft vragen we tot slot. “Zeker, maatjes moeten beseffen dat het vaak een chaos is bij schuldhulpvragers. Het is belangrijk dat ze goed luisteren naar de – soms verdrietige – verhalen. Ook moet iedereen echt weten wat voor mooi werk SchuldHulpMaatjes doen. Kunnen jullie geen radio en tv-reclame gaan maken? En natuurlijk alle rechters en de gemeente informeren.”

SchuldHulpMaatje en Stichting Perspektief trekken samen op in Den Haag

Geplaatst op 25 mei 2021

Maatje Mandy Kooijman gaat in gesprek met maatje en maatjescoördinator Heleen Rijkens. Ze praten over de samenwerking tussen SchuldHulpMaatje Den Haag en Stichting Perspektief. Stichting Perspektief helpt vrouwen die te maken hebben met een vorm van huiselijk geweld om een nieuw en veilig leven op te kunnen bouwen. Er wordt opvang en intensieve begeleiding geboden en toegewerkt naar zelfstandig wonen. Over deze samenwerking hebben we nog niet zoveel gecommuniceerd dus hoog tijd om wat te vertellen over dit fantastische team.

Heleen Rijkens

Het scheelde niet veel of SchuldHulpMaatje had Heleen in 2018 niet mogen verwelkomen als maatje. In eerste instantie had zij zich opgegeven om als vrijwilliger aan de slag te gaan bij Vluchtelingenwerk als taalcoach, omdat zij iets wilde doen voor de samenleving. Gelukkig voor ons ging dit niet door. Dankzij haar ervaring als curator bij faillissementen in het verleden is Heleen toen op zoek gegaan naar een vrijwilligersorganisatie in de schuldhulpverlening. Zij kwam uit bij SchuldHulpMaatje Den Haag en is daar nog steeds erg blij mee: “Ik kwam erachter dat je helemaal geen Annemarie van Gaal bent maar meer een soort motivatiecoach. Ondanks dat ik niet ging doen wat ik dacht te gaan doen, ben ik gebleven en sta ik volledig achter de visie van SchuldHulpMaatje. Het heeft totaal geen zin om iemand te zeggen wat hij wel en niet moet doen en een baan te gaan zoeken, want als het niet je eigen keuze is dan gaat het niet werken.”

Wie is Heleen Rijkens?
Al snel kom ik erachter dat Heleen een echte duizendpoot is. Naast haar gezin bestaande uit man, trouwe viervoeter en uit huis wonende kinderen, ontwerpt zij tuinen als beroep  Zij is niet alleen maatje maar ook maatjescoördinator en werkt(e) daarnaast aan verschillende projecten zoals het maatjestevredenheidsonderzoek. Het grootste deel van haar tijd als vrijwilliger besteedt Heleen aan haar hulpvrager en het begeleiden van de maatjes uit team Perspektief. Daarnaast heeft zij een aantal van de maatjes die voormalig directeur James van Velzen begeleidde, onder haar hoede genomen.

Samenwerking SchuldHulpMaatje en Stichting Perspektief
De samenwerking tussen SchuldHulpMaatje Den Haag en Stichting Perspektief is in 2019 ontstaan. Er was behoefte aan hulp voor de vrouwen bij Perspektief die zelfstandig gingen wonen en SchuldHulpMaatje Den Haag was bereid om die hulp te bieden. Heleen is gevraagd deze samenwerking vorm te geven en zich hiervoor in te zetten. Dit doet zij nog steeds met grote betrokkenheid en een flinke dosis positiviteit.

Team Perspektief
Team Perspektief heeft zich ontwikkeld tot een apart team, naast de reguliere begeleiding van schuldhulpvragers. Zo worden niet alleen hulpvragers aan maatjes gekoppeld, maar is Heleen samen met een maatje bezig met het opzetten van een spreekuur op locatie.  Er vindt tweemaal per jaar een bijeenkomst plaats waar een medewerker van Stichting Perspektief de do’s en don’ts uitlegt en maatjes ervaringen kunnen uitwisselen en heeft Heleen regelmatig contact met de Stichting over het verbeteren van de hulp.  De hulpvragers die team Perspektief begeleidt zijn erg kwetsbaar en daarom verschilt de begeleiding van de reguliere hulpvragen: “De één is nog best wel murw geslagen en zit nog in de overlevingsmodus, daar moet je echt naast staan en wachten tot ze gemotiveerder worden. De ander is hier al overheen en wil echt een nieuw bestaan opbouwen. Die is veel actiever en help je echt door het vinden van de weg in Den Haag. Dit laatste heb je niet bij de reguliere hulpvragers. Ook komen deze vrouwen vaak uit een andere stad, zij kennen geen mensen in de nieuwe omgeving en hebben geen vangnet”, vertelt Heleen.

Hoe komen aanmeldingenvan hulpvragers bij SchuldHulpMaatje terecht?
Aanmeldingen komen direct van Stichting Perspektief bij Heleen terecht. Vervolgens vindt er een intakegesprek plaatst met de hulpvrager, de begeleider van Stichting Perspektief, het maatje en Heleen. Het gaat dan om een kennismaking waarbij Heleen en de maatjes erachter proberen te komen wat de hulpvrager nodig heeft.: “Waar staat iemand in de samenleving, op welk niveau. Wij proberen ook goed uit te leggen wat wij allemaal doen en niet doen. De vrouwen zijn wantrouwender dan reguliere hulpvragers, het helpt om de intake dan met de begeleider van Perpektief te doen. Van hen krijg je ook informatie over de situatie van de hulpvrager.”

Wat is jullie aanpak?
Team Perspektief bestaat uit 7 maatjes en Heleen als coördinator. Helaas is er een wachtlijst van hulpvragers. Heleen hoopt dat met een spreekuur alvast hulp geboden kan worden aan de vrouwen die nog geen maatje hebben. “De maatjes van team Perspektief proberen de zelfredzaamheid te vergroten door de hulpvragers uit te leggen hoe zaken in Nederland werken. We proberen de vrouwen die het nodig hebben op de rit te helpen en voor te bereiden op een toekomst waarin ze zelfstandig kunnen gaan wonen. Perspektief biedt de vrouwen professionele begeleiding, maar de begeleiders hebben niet de tijd om alles uit te leggen. Het is sneller om iets voor iemand te doen, dan om uit te leggen waarom je iets doet, ernaast te gaan zitten en het iemand zelf te laten doen. Uiteindelijk moeten zij het zelf kunnen. Alles wat wij al binnen Perspektief uit kunnen leggen en op kunnen pakken, scheelt mogelijke ellende als deze vrouwen eenmaal zelfstandig wonen.”

Wat voor hulp bieden de maatjes?
“De rol van een maatje in team Perspektief gaat verder dan hulp bij financiën. Deze vrouwen hebben vaak geen schulden maar het gaat meer over het wegwijs maken in Nederland”. Aan maatjes die zich bij het team willen voegen vertelt Heleen: “wees je ervan bewust dat je ook andere dingen doet dan alleen het financiële, het is meer een traject van hoe werkt het in Nederland. Bij sommige hulpvragers kan het eindeloos duren om in contact te komen. Voordat je echt in gesprek met iemand bent, voordat je het idee hebt dat er met wat je zegt ook iets wordt gedaan, dat duurt een hele tijd.”

Het gaat dus niet alleen om de financiële aspecten zoals inzicht in inkomsten en uitgaven en hulp bij het treffen van regelingen. De maatjes helpen ook bij het vinden van een school voor kinderen, het inschrijven bij een tandarts, of zoeken samen met de hulpvrager naar de juiste manier om sociale contacten op gang te brengen. Zo heeft Heleen haar hulpvrager aangemeld bij Mijn buuf, een atelier voor wereldvrouwen. Hier leert haar hulpvrager andere vrouwen kennen, kan zij haar talenten en vaardigheden ontdekken en wordt er alleen in het Nederlands met elkaar gesproken.

Hoe zie jij jouw rol als Maatjescoördinator?
Als het goed is heb ik de maatjes meegegeven wat zij kunnen verwachten. Mijn rol is er op te letten dat mijn maatjes naast die hulpvrager blijven staan en het niet voor de hulpvrager gaan doen. Die neiging heb je snel bij deze vrouwen omdat ze soms echt murw geslagen zijn en het zelf niet kunnen opbrengen om iets te regelen. Mijn begeleiding is er heel erg op gericht om te proberen zelfredzaamheid te bereiken. Bij sommige vrouwen lukt dat niet. Mijn eigen hulpvrager spreekt zo weinig Nederlands dat ik niet weet of ik haar in haar eentje achter kan laten. Bij een andere hulpvrager dachten we dat bewindvoering de enige mogelijkheid zou zijn, maar uiteindelijk is dit toch redelijk goed gekomen. Mijn rol is ook om op te letten dat we niet met een traject bezig zijn waarbij de hulpvrager het niet zelf gaat redden.”

Hoe denk je dat maatjes jou omschrijven?
“Ik hoop als iemand die altijd bereikbaar is en heel nuttig advies geeft. Misschien vinden ze me soms iets te controlfreakerig. Als ik eenmaal in de coördinator modus ga dan wil ik op dat moment zien waar het dossier is. Als ik dat niet in het systeem vind dan ga ik appen of mailen en vragen hoe het gaat. Ik ben niet een hele consequente coördinator. Ik heb soms gewoon geen tijd en dan vertrouw ik erop dat de maatjes het goed doen. Ik kan het met alle maatjes gelukkig goed vinden.”

Wat heb je geleerd van je hulpvragers?
“Ik heb heel veel geleerd van de hulpvragers. Ik had geen idee in wat voor wereld de hulpvrager zat. Ondanks alles wat ik heb gezien denk ik dat ik me nog steeds niet echt kan voorstellen wat zij meemaken. Dat zeg ik ook tegen mijn maatjes. Ik ben ervan overtuigd dat wij het ons proberen voor te stellen, maar dat wij dit niet kunnen en vanuit die gedachte onze begeleiding zo goed mogelijk moeten proberen te geven.”

Wat heb je geleerd van je maatjes?
“Het maatje van een hulpvrager viel uit. Ze was echt nog niet klaar om alleen gelaten te worden en ik had geen maatje beschikbaar dus ben ik het zelf gaan doen. Ik moet zeggen dat ik het hartstikke leerzaam vond. Het maatje van wie ik het overnam was goed georganiseerd en daar heb ik heel veel van geleerd. Het is goed om ook zelf in de praktijk bezig te blijven.”

Ook het begeleiden van maatjes is leerzaam
“Ik heb geleerd dat als je zelf achter een bepaalde visie staat en begrijpt waarom die visie er is, dat het dan best makkelijk is om maatjes daarin te begeleiden. Eerst dacht ik, hoe kan ik die maatjes nou motiveren zodat zij hun werk leuk blijven vinden. De visie van SchuldHulpMaatje erbij halen maakt dit makkelijker. Een goed persoonlijk contact met je maatjes is belangrijk. Ik praat met mijn maatjes ook over waarom ben je dit werk gaan doen, wat beweegt jou in het leven en waar sta jij voor. Dat is meer dan alleen maar rapporteren over de hulpvrager. Ik probeer ze te leren kennen los van de begeleiding.”

Positief
Heleen is tijdens het gesprek vooral positief over de werkzaamheden. “Wat ik leuk vind is dat ik samen met Elmar (de huidige directeur van SchuldHulpmaatje) de ruimte krijg om na te denken over hoe we het voor iedereen, waar dat kan, makkelijker en beter kunnen maken. Ik krijg de ruimte om met Stichting Perspektief te praten over bijvoorbeeld een spreekuur en we zijn bezig met een plan voor laaggeletterde hulpvragers. Dat is een project dat ook de vrouwen van Perspektief  kan helpen. Als iets niet werkt dan mag ik dat ook zeggen en gaan we daar over nadenken. Waar ik tegen aan loop en wat ik minder vind in mijn werk, daar probeer ik een oplossing voor te vinden. Los daarvan is het werk zwaar, maar dat wisten we toen we eraan begonnen. Het zijn schrijnende verhalen van deze vrouwen.”

Huiselijk geweld bij hulpvragers
Vermoed jij dat er sprake is van huiselijk geweld bij jouw hulpvrager? Op de website van Stichting Perspektief lees je meer over wat je kunt doen. Vraag hulp aan je maatjescoördinator. Deze kijkt met je mee en kan navraag doen bij Heleen. Wanneer je hulpvrager zelf zover is kan zij zich ook aanmelden bij Perspektief.  

Maatjes gezocht voor team Perspektief
Mocht je tijd over hebben en zie jij jezelf als empathisch, geduldig maatje en ben jij bereid een stapje extra te doen buiten de financiën om? Meld je dan aan als maatje. Ben je al SchuldHulpMaatje, dan kan dat ook direct bij Heleen, Elmar of je eigen maatjescoördinator.

Meld je aan voor de nieuwsbrief

Onze nieuwsbrief komt zeven keer per jaar uit. De nieuwsbrief is in de eerste plaats gemaakt voor onze vrijwilligers, maar we delen onze artikelen graag met iedereen die geïnteresseerd is.

Aanmelden